Overzicht
Spaans naar Zweeds: Meer gegevens...
-
esencial:
- viktigt; betydelsefullt; viktig; betydande; betydandet; nödvändigt; måste; oumbärlig; väsentlig; väsentligt; oumbärligt; oundgängligt; oeftergivlig; oeftergivligt; basal; essentiellt; fundamental; de facto; nödvändig; behövligt; behövlig; huvudsaklig; huvudsakligt; kardinal-; nödvändigtvis
- huvudsaken; huvudpunkten
-
Wiktionary:
- esencial → väsentlig
Spaans
Uitgebreide vertaling voor esencial (Spaans) in het Zweeds
esencial:
-
esencial (importante)
viktigt; betydelsefullt; viktig; betydande; betydandet-
viktigt bijvoeglijk naamwoord
-
betydelsefullt bijvoeglijk naamwoord
-
viktig bijvoeglijk naamwoord
-
betydande bijvoeglijk naamwoord
-
betydandet bijvoeglijk naamwoord
-
-
esencial (necesario; imprescindible; crucial; importante; indispensable; central; relevante; cardinal; substancial; vital; fundamental; decisivo; elemental)
-
esencial (indispensable; imprescindible; ineludible; crucial; substancial; inevitable; fundamental; primordial; muy necesario; decisivo; básico; vital; elemental)
nödvändigt; oumbärlig; väsentlig; väsentligt; oumbärligt; oundgängligt; oeftergivlig; oeftergivligt-
nödvändigt bijvoeglijk naamwoord
-
oumbärlig bijvoeglijk naamwoord
-
väsentlig bijvoeglijk naamwoord
-
väsentligt bijvoeglijk naamwoord
-
oumbärligt bijvoeglijk naamwoord
-
oundgängligt bijvoeglijk naamwoord
-
oeftergivlig bijvoeglijk naamwoord
-
oeftergivligt bijvoeglijk naamwoord
-
-
esencial (fundamental; elemental)
basal; essentiellt; fundamental-
basal bijvoeglijk naamwoord
-
essentiellt bijvoeglijk naamwoord
-
fundamental bijvoeglijk naamwoord
-
-
esencial (efectivo; realmente; en realidad; de hecho; de veras; verdadero; verdaderamente; real; en efecto; substancial; factual; fundamental; intrínseco; en el fondo; virtualmente)
-
esencial (necesario; imprescindible; fundamental; elemental; substancial)
essentiellt; nödvändig; behövligt; nödvändigt; behövlig-
essentiellt bijvoeglijk naamwoord
-
nödvändig bijvoeglijk naamwoord
-
behövligt bijvoeglijk naamwoord
-
nödvändigt bijvoeglijk naamwoord
-
behövlig bijvoeglijk naamwoord
-
-
esencial (cardinal; vital; central; fundamental; decisivo; crucial)
huvudsaklig; huvudsakligt; kardinal--
huvudsaklig bijvoeglijk naamwoord
-
huvudsakligt bijvoeglijk naamwoord
-
kardinal- bijvoeglijk naamwoord
-
-
esencial (necesariamente; preciso; inevitable; imprescindible; necesario)
nödvändigtvis-
nödvändigtvis bijvoeglijk naamwoord
-
-
el esencial (punto principal; punto esencial; esencia; lo más importante; lo principal; punto fundamental; asunto principal)
Vertaal Matrix voor esencial:
Verwante woorden van "esencial":
Synoniemen voor "esencial":
Wiktionary: esencial
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• esencial | → väsentlig | ↔ wesentlich — den größten Anteil betreffend |
• esencial | → väsentlig | ↔ essentiel — Qui appartenir à l’essence, qui est de l’essence. |
Computer vertaling door derden: