Overzicht
Spaans naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. castillos:
  2. castillo:
  3. Wiktionary:


Spaans

Uitgebreide vertaling voor castillos (Spaans) in het Zweeds

castillos:

castillos [el ~] zelfstandig naamwoord

  1. el castillos (fortalezas)
    slott
    • slott [-ett] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor castillos:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
slott castillos; fortalezas castillo; cerradura; cierre; ciudadela; fin; final; fortaleza; fortificación; fuerte; plaza fuerte; roque; torre

Verwante woorden van "castillos":


castillos vorm van castillo:

castillo [el ~] zelfstandig naamwoord

  1. el castillo (fortificación; fortaleza; ciudadela)
    slott
    • slott [-ett] zelfstandig naamwoord
  2. el castillo (cerradura; ciudadela; cierre)
    cykellås
  3. el castillo (fuerte; torre; plaza fuerte; )
    slott; borg; riddarborg
    • slott [-ett] zelfstandig naamwoord
    • borg zelfstandig naamwoord
    • riddarborg zelfstandig naamwoord
  4. el castillo (ciudadela)
    citadell; fort
    • citadell [-ett] zelfstandig naamwoord
    • fort zelfstandig naamwoord
  5. el castillo (cerradura; cerraja; fortaleza; )
    dörrlås
  6. el castillo (esclusas; rizo; bucle; ricito)
    slussningar; slusshöjder

Vertaal Matrix voor castillo:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
borg castillo; cerradura; cierre; ciudadela; fin; final; fortaleza; fortificación; fuerte; plaza fuerte; roque; torre baluarte; bastión; central; centro
citadell castillo; ciudadela
cykellås castillo; cerradura; cierre; ciudadela
dörrlås castillo; cerradura; cerraja; ciudadela; fin; fortaleza; fuerte
fort castillo; ciudadela abstinencia; aceleración; baluarte; bastión; central; centro; fortaleza; rápidos
riddarborg castillo; cerradura; cierre; ciudadela; fin; final; fortaleza; fortificación; fuerte; plaza fuerte; roque; torre
slott castillo; cerradura; cierre; ciudadela; fin; final; fortaleza; fortificación; fuerte; plaza fuerte; roque; torre castillos; fortalezas
slusshöjder bucle; castillo; esclusas; ricito; rizo
slussningar bucle; castillo; esclusas; ricito; rizo
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
fort a todo andar; aceleradamente; aprisa; con celeridad; con rapidez; de aquí a poco; de prisa; dentro de poco; deprisa; en breve; inesperado; perspicaz; prontamente; pronto; rápidamente; rápido; veloz; velozmente; ágil

Verwante woorden van "castillo":


Synoniemen voor "castillo":


Wiktionary: castillo


Cross Translation:
FromToVia
castillo befästning; borg; slott; fästning castle — fortified building
castillo slott slot — een middeleeuwse versterkte woning
castillo borg; fästning; befästning Burg — mittelalterlicher, befestigter Wohn- und Verteidigungsbau
castillo slott Schloss — Pl.1 prunkvolles und repräsentatives Wohngebäude, meistens von Adelsfamilien
castillo borg; slott château — Forteresse entourée de tours et de bastions
castillo borg château-fort — château médiéval fortifié