Overzicht
Spaans naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. cadenilla:


Spaans

Uitgebreide vertaling voor cadenilla (Spaans) in het Zweeds

cadenilla:

cadenilla [la ~] zelfstandig naamwoord

  1. la cadenilla (cadena; gargantilla; grillos; )
    kedja
    • kedja [-en] zelfstandig naamwoord
  2. la cadenilla (collar; cadena; cadenita)
    halsband; halskedja

Vertaal Matrix voor cadenilla:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
halsband cadena; cadenilla; cadenita; collar cadena; collar; esposas
halskedja cadena; cadenilla; cadenita; collar
kedja cadena; cadenilla; cadenita; cerco; ciclo; collar; cordón circunvalatorio; corona; círculo; esfera; esposas; gama; gargantilla; grillos; halo; halón; hilera; ojera; progresión; secuencia; serie; sucesión baliza; boya; cadena; cadenas; cola; contracción; encadenamiento; eslabonamiento; esposas; fila; gama; hilera; orden; progresión; sarta; serie; sucesión
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
kedja agarrar; cautivar; coger; encadenar; poner las esposas; tomar