Overzicht
Spaans naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. bonanza:


Spaans

Uitgebreide vertaling voor bonanza (Spaans) in het Zweeds

bonanza:

bonanza [la ~] zelfstandig naamwoord

  1. la bonanza (prosperidad; éxito; bienestar; )
    framgångar

Vertaal Matrix voor bonanza:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
framgångar afluencia; bienestar; bonanza; prosperidad; provecho; salud; éxito

Verwante woorden van "bonanza":

  • bonanzas

Synoniemen voor "bonanza":