Overzicht
Spaans naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. autosuficiencia:
  2. Wiktionary:


Spaans

Uitgebreide vertaling voor autosuficiencia (Spaans) in het Zweeds

autosuficiencia:

autosuficiencia [la ~] zelfstandig naamwoord

  1. la autosuficiencia (altanería; engreimiento; arrogancia; )

Vertaal Matrix voor autosuficiencia:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
själv tillfredställelse altanería; altivez; arrogancia; autosatisfacción; autosuficiencia; engreimiento; fatuidad; insolencia; presuntuosidad; suficiencia

Verwante woorden van "autosuficiencia":

  • autosuficiencias

Synoniemen voor "autosuficiencia":


Wiktionary: autosuficiencia


Cross Translation:
FromToVia
autosuficiencia självförsörjning self-sufficiency — condition of being self-sufficient