Spaans
Uitgebreide vertaling voor altivo (Spaans) in het Zweeds
altivo:
-
altivo (orgullo; glorioso; magnífico; grandioso; grande; presumido; satisfecho; altanero)
högfärdigt; stolt; uppblåst-
högfärdigt bijvoeglijk naamwoord
-
stolt bijvoeglijk naamwoord
-
uppblåst bijvoeglijk naamwoord
-
-
altivo (arrogante; gallardo; autocomplaciente; vanidoso; insolente; pagado de sí mismo; vano; presuntuoso; altanero; desdeñoso; pedante; presumido; engreído; soberbio; estirado; autosuficiente; pretencioso; endiosado)
-
altivo (soberbio; vanidoso; altanero)
-
altivo (rebajante; desdeñoso)
reducerande-
reducerande bijvoeglijk naamwoord
-
-
altivo (impenetrable; inalcanzable; inaccesible; inasequible; inabordable)
ogenomträngbar-
ogenomträngbar bijvoeglijk naamwoord
-
-
altivo (despectivo; desdeñoso; despreciativo)
från höjden-
från höjden bijvoeglijk naamwoord
-
-
altivo (inalcanzable; impenetrable; inaccesible; inasequible; inabordable)
Vertaal Matrix voor altivo:
Verwante woorden van "altivo":
Synoniemen voor "altivo":
Computer vertaling door derden: