Spaans
Uitgebreide vertaling voor patoso (Spaans) in het Zweeds
patoso:
-
patoso (bastante mal; desmañado; flojo; torpe; incómodo; inconfortable; débil; blando; enfermizo; desgarbado; preocupado; inquieto; lacio; inútil; tosco; zafio; de madera; fláccido; inhábil; mastuerzo; larguirucho; desgalichado; en baja forma; poco manejable)
ohanterligt; svårhanterlig; ohanterlig; klumpigt-
ohanterligt bijvoeglijk naamwoord
-
svårhanterlig bijvoeglijk naamwoord
-
ohanterlig bijvoeglijk naamwoord
-
klumpigt bijvoeglijk naamwoord
-
-
patoso (teniendo achaques; desmañado; torpe; enfermizo; incómodo; inútil; inhábil; poco manejable)
-
patoso (desmañado; débil; torpe; desgarbado; tosco; zafio; inhábil; mastuerzo; bastante mal; larguirucho; desgalichado; en baja forma)