Home ->Woordenboeken ->Spaans/Nederlands ->Zoek: tisis

Spaanse en Nederlandse zoekresultaten voor: tisis

Overzicht

Spaans naar Nederlands: Meer gegevens...

tisis:
- tuberculose; tering; longtering
Wiktionary:
- tisis → tuberculose

Spaans

Uitgebreide vertaling voor tisis (Spaans) in het Nederlands

tisis:

tisis [la ~] zelfstandig naamwoord

la tisis (tuberculosis; tuberculosis pulmonar)
de tuberculose; de tering; de longtering
- tuberculose [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- tering [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- longtering [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor tisis:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
longtering	tisis; tuberculosis; tuberculosis pulmonar
tering	tisis; tuberculosis; tuberculosis pulmonar
tuberculose	tisis; tuberculosis; tuberculosis pulmonar
Bijwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
tering		coño; hostia; joder; mierda

Wiktionary: tisis

tisis

noun

een ziekte veroorzaakt de de tuberculosebacterie Mycobacterium tuberculosis
- tuberculose → tuberculosis; tisis