Overzicht
Spaans naar Nederlands: Meer gegevens...
-
encarar:
-
Wiktionary:
encarar → aanleggen
encarar → de confrontatie aangaan met, tegemoet gaan, mee afrekenen, onder ogen zien -
Synoniemen voor "encarar":
abordar; topar; chocar; tocar; invadir; asaltar; atracar; acometer; afrontar; enfrentarse
oponer; enfrentar; contraponer
-
Wiktionary:
Spaans
Uitgebreide vertaling voor encarar (Spaans) in het Nederlands
encarar:
Synoniemen voor "encarar":
Wiktionary: encarar
encarar
Cross Translation:
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• encarar | → de confrontatie aangaan met; tegemoet gaan; mee afrekenen; onder ogen zien | ↔ face — deal with, confront |