Baratija: vertaling Spaans

Overzicht

Spaans naar Nederlands: Meer gegevens...

baratija:
- juweel; bijou; sieraad; hebbeding; snuisterij; kleinood; kleinigheid
Wiktionary:
- baratija → prullaria

Spaans

Uitgebreide vertaling voor baratija (Spaans) in het Nederlands

la baratija (joya; guijarro; dado; chuchería; bisutería; presea; bujerías; alhaja; piedrecita; ladrillo; cálculo; adorno personal)
het juweel; het bijou; het sieraad
- juweel [het ~] zelfstandig naamwoord
- bijou [het ~] zelfstandig naamwoord
- sieraad [het ~] zelfstandig naamwoord
la baratija (bujerías; chuchería)
het hebbeding; de snuisterij
- hebbeding [het ~] zelfstandig naamwoord
- snuisterij [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
la baratija (joya; chuchería; cálculo; bisutería; alhaja; bujerías)
het kleinood
- kleinood [het ~] zelfstandig naamwoord
la baratija (chuchería; bujería)
de snuisterij; de kleinigheid
- snuisterij [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- kleinigheid [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
bijou	adorno personal; alhaja; baratija; bisutería; bujerías; chuchería; cálculo; dado; guijarro; joya; ladrillo; piedrecita; presea
hebbeding	baratija; bujerías; chuchería
juweel	adorno personal; alhaja; baratija; bisutería; bujerías; chuchería; cálculo; dado; guijarro; joya; ladrillo; piedrecita; presea
kleinigheid	baratija; bujería; chuchería	bagatela; cosita; friolera; fruslería; futilidad; futulidad; insignificancia; naderia; nadería; nimiedad; pequeño regalo; tontería; vaina
kleinood	alhaja; baratija; bisutería; bujerías; chuchería; cálculo; joya
sieraad	adorno personal; alhaja; baratija; bisutería; bujerías; chuchería; cálculo; dado; guijarro; joya; ladrillo; piedrecita; presea	adorno; alhaja
snuisterij	baratija; bujería; bujerías; chuchería

baratija

noun