Overzicht
Spaans naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. anochecer:
  2. Wiktionary:


Spaans

Uitgebreide vertaling voor anochecer (Spaans) in het Nederlands

anochecer:

anochecer [el ~] zelfstandig naamwoord

  1. el anochecer (luz crepuscular; atardecer; claroscuro)
    de deemstering; de donkerte; de duisternis
  2. el anochecer (crepúsculo; atardecer)
    de schemertijd

Vertaal Matrix voor anochecer:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
deemstering anochecer; atardecer; claroscuro; luz crepuscular crepúsculo; penumbra
donkerte anochecer; atardecer; claroscuro; luz crepuscular
duisternis anochecer; atardecer; claroscuro; luz crepuscular infierno; infiernos; oscuridad; penumbra; tinieblas
schemertijd anochecer; atardecer; crepúsculo

Verwante woorden van "anochecer":

  • anocheceres

Synoniemen voor "anochecer":


Wiktionary: anochecer

anochecer
verb
  1. donker of licht worden, tussen licht en donker zijn

Cross Translation:
FromToVia
anochecer het vallen van de avond; nachtval dark — nightfall
anochecer avondschemering; nachtval nightfall — the close of the day; the coming of night