Home ->Woordenboeken ->Spaans/Nederlands ->Vertaal turno

Vertaal turno van Spaans naar Nederlands

Overzicht
Spaans naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. turno:
  2. turnarse:
  3. Wiktionary:

Spaans

Uitgebreide vertaling voor turno (Spaans) in het Nederlands

turno:

turno [el ~] zelfstandig naamwoord

  1. el turno (juego; partida)
    het spelletje; de beurt; het rondje
    • spelletje [het ~] zelfstandig naamwoord
    • beurt [de ~] zelfstandig naamwoord
    • rondje [het ~] zelfstandig naamwoord
  2. el turno (trayecto; barrio; paso; )
    het traject; de route; de afstand; de baan; de ronde; het baanvak; de etappe; het pad; de tournee
    • traject [het ~] zelfstandig naamwoord
    • route [de ~] zelfstandig naamwoord
    • afstand [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • baan [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • ronde [de ~] zelfstandig naamwoord
    • baanvak [het ~] zelfstandig naamwoord
    • etappe [de ~] zelfstandig naamwoord
    • pad [het ~] zelfstandig naamwoord
    • tournee [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
    de weg
    – route die je moet volgen om er te komen 1
    • weg [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
      • weet u de weg naar Zaandam?1
  3. el turno (ronda; marte; paseo; )
    de tournee; de ronde
    • tournee [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
    • ronde [de ~] zelfstandig naamwoord
  4. el turno (círculo; anillo; vuelta; ronda; corona)
    de cirkel; de kring; het rondje
    • cirkel [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • kring [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • rondje [het ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor turno:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
afstand barrio; barrote; calzada; carretera; paso; ronda; trayecto; trayectoria; turno distancia
baan barrio; barrote; calzada; carretera; paso; ronda; trayecto; trayectoria; turno calzada; carretera; carril; carríl; circuito; círculo laboral; empleo; ferrocarril; férrea; lugar de trabajo; pista; recorrido; trabajo; vía; vía de ferrocarriles; vía del tren; órbita
baanvak barrio; barrote; calzada; carretera; paso; ronda; trayecto; trayectoria; turno
beurt juego; partida; turno
cirkel anillo; corona; círculo; ronda; turno; vuelta cerco; cordón circunvalatorio; círculo
etappe barrio; barrote; calzada; carretera; paso; ronda; trayecto; trayectoria; turno estadio; etapa; fase; momento; período; tramo; trayecto
kring anillo; corona; círculo; ronda; turno; vuelta anillo; aro; cerco; cordón circunvalatorio; círculo; esfera; forma circular; forma redonda; halo
pad barrio; barrote; calzada; carretera; paso; ronda; trayecto; trayectoria; turno calzada; camino; camino de sirga; camino rural; camino vecinal; carretera; cañada; paso; pisada; sapo; senda; sendero; vereda
ronde barrio; barrote; calzada; carretera; etapa; excursión; marcha; marcha hacia adelante; marte; paseo; paso; ronda; rotación; ruta; trayecto; trayectoria; trip; turno ronda
rondje anillo; corona; círculo; juego; partida; ronda; turno; vuelta anillito; ir de ronda; patrullar; ronda
route barrio; barrote; calzada; carretera; paso; ronda; trayecto; trayectoria; turno borde; dirección; junta directiva; punta; ruta; viaje circular
spelletje juego; partida; turno
tournee barrio; barrote; calzada; carretera; etapa; excursión; marcha; marcha hacia adelante; marte; paseo; paso; ronda; rotación; ruta; trayecto; trayectoria; trip; turno excursión; paseo; recorrido
traject barrio; barrote; calzada; carretera; paso; ronda; trayecto; trayectoria; turno
weg barrio; barrote; calzada; carretera; paso; ronda; trayecto; trayectoria; turno calzada; carretera; carril; pista; vía; órbita
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
weg desaparecido; desde aquí; esfumado; fuera; fuera de aquí
Not SpecifiedVerwante vertalingenAndere vertalingen
pad ruta de acceso

Verwante woorden van "turno":


Synoniemen voor "turno":


Wiktionary: turno

turno
noun
  1. een gelegenheid of opdracht die bij afwisseling aan één persoon uit meerdere gegeven wordt
Cross Translation:
FromToVia
• turno → ploegendienst; ploegenstelsel ↔ shift — change of workers
• turno → beurt ↔ turn — chance to use (something) shared in sequence with others

turnarse:

turnarse werkwoord

  1. turnarse
    rouleren; circuleren
    • rouleren werkwoord (rouleer, rouleert, rouleerde, rouleerden, gerouleerd)
    • circuleren werkwoord (circuleer, circuleert, circuleerde, circuleerden, gecirculeerd)

Conjugations for turnarse:

presente
  1. me turno
  2. te turnas
  3. se turna
  4. nos turnamos
  5. os turnáis
  6. se turnan
imperfecto
  1. me turnaba
  2. te turnabas
  3. se turnaba
  4. nos turnábamos
  5. os turnabais
  6. se turnaban
indefinido
  1. me turné
  2. te turnaste
  3. se turnó
  4. nos turnamos
  5. os turnasteis
  6. se turnaron
fut. de ind.
  1. me turnaré
  2. te turnarás
  3. se turnará
  4. nos turnaremos
  5. os turnaréis
  6. se turnarán
condic.
  1. me turnaría
  2. te turnarías
  3. se turnaría
  4. nos turnaríamos
  5. os turnaríais
  6. se turnarían
pres. de subj.
  1. que me turne
  2. que te turnes
  3. que se turne
  4. que nos turnemos
  5. que os turnéis
  6. que se turnen
imp. de subj.
  1. que me turnara
  2. que te turnaras
  3. que se turnara
  4. que nos turnáramos
  5. que os turnarais
  6. que se turnaran
miscelánea
  1. ¡túrnate!
  2. ¡turnaos!
  3. ¡no te turnes!
  4. ¡no os turnéis!
  5. turnado
  6. turnándose
1. yo, 2. tú, 3. él/ella/usted, 4. nosotros/nosotras, 5. vosotros/vosotras, 6. ellos/ellas/ustedes

Vertaal Matrix voor turnarse:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
rouleren camino de ronda; circulaciones; circulación; rotaciones; rotación
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
circuleren turnarse circular
rouleren turnarse

Verwante vertalingen van turno







Uw gratis, snelle en simpele vertaal woordenboek

Copyright © 2000-2024 Interglot ®

Pagina gepresenteerd in 0.0310 seconde
Page rendered in 1.0 seconds