Overzicht
Spaans naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. trote:


Spaans

Uitgebreide vertaling voor trote (Spaans) in het Nederlands

trote:

trote [el ~] zelfstandig naamwoord

  1. el trote (carrera; galopada)
    draven; het gedraaf
    • draven [znw.] zelfstandig naamwoord
    • gedraaf [het ~] zelfstandig naamwoord
  2. el trote (ajetreo; carrera; precipitación; )
    gejacht; gejaag; het gejakker; gehol; gehaast; het gedraaf
    • gejacht [znw.] zelfstandig naamwoord
    • gejaag [znw.] zelfstandig naamwoord
    • gejakker [het ~] zelfstandig naamwoord
    • gehol [znw.] zelfstandig naamwoord
    • gehaast [znw.] zelfstandig naamwoord
    • gedraaf [het ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor trote:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
draven carrera; galopada; trote
gedraaf agitación; ajetreo; apremiamiento; carrera; galopada; precipitación; trote
gehaast agitación; ajetreo; apremiamiento; carrera; galopada; precipitación; trote
gehol agitación; ajetreo; apremiamiento; carrera; galopada; precipitación; trote
gejaag agitación; ajetreo; apremiamiento; carrera; galopada; precipitación; trote
gejacht agitación; ajetreo; apremiamiento; carrera; galopada; precipitación; trote
gejakker agitación; ajetreo; apremiamiento; carrera; galopada; precipitación; trote
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
draven correr rapidamente; galopar
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
gehaast acuciado; agitado; apresurado; aprisa; con prisa; de prisa; nervioso; presuroso

Verwante woorden van "trote":

  • trotes, trota, trotas

Synoniemen voor "trote":


Verwante vertalingen van trote