Overzicht
Spaans naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. trombón:
  2. Wiktionary:


Spaans

Uitgebreide vertaling voor trombón (Spaans) in het Nederlands

trombón:

trombón [el ~] zelfstandig naamwoord

  1. el trombón
    de trombone; de schuiftrompet
  2. el trombón (trompeta; bocina; instrumento de viento; cuerno; corneta)
    de bazuin; de piston; de klaroen; het blaasinstrument; de trompet; de toeter
    • bazuin [de ~] zelfstandig naamwoord
    • piston [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • klaroen [de ~] zelfstandig naamwoord
    • blaasinstrument [het ~] zelfstandig naamwoord
    • trompet [de ~] zelfstandig naamwoord
    • toeter [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor trombón:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bazuin bocina; corneta; cuerno; instrumento de viento; trombón; trompeta
blaasinstrument bocina; corneta; cuerno; instrumento de viento; trombón; trompeta
klaroen bocina; corneta; cuerno; instrumento de viento; trombón; trompeta
piston bocina; corneta; cuerno; instrumento de viento; trombón; trompeta pistón
schuiftrompet trombón
toeter bocina; corneta; cuerno; instrumento de viento; trombón; trompeta bocina; claxon; corneta; trompeta
trombone trombón
trompet bocina; corneta; cuerno; instrumento de viento; trombón; trompeta
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
toeter bebido; borracho

Verwante woorden van "trombón":

  • trombones

Wiktionary: trombón


Cross Translation:
FromToVia
trombón trombone PosauneMusik: ein Blechblasinstrument mit einem Zug[12] zum verändern des Tones
trombón trombone trombone — a musical instrument in the brass family
trombón trombone trombone — (musique) instrument à vent, sorte de grande trompette à longs tubes recourber.