Overzicht
Spaans naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. trazo:
  2. Wiktionary:


Spaans

Uitgebreide vertaling voor trazos (Spaans) in het Nederlands

trazo:

trazo [el ~] zelfstandig naamwoord

  1. el trazo (arruga facial; arruga; línea; )
    de rimpel; gezichtsrimpel
  2. el trazo (arañazo; raya; línea)
    de haal; de kras; pennekras
    • haal [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • kras [de ~] zelfstandig naamwoord
    • pennekras [znw.] zelfstandig naamwoord
  3. el trazo (pincelada; trazo de pincel)

Vertaal Matrix voor trazo:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
gezichtsrimpel arruga; arruga facial; cordel; cuerda; hacer régimen; línea; ondulación; rama; raya; sedal; trazo
haal arañazo; línea; raya; trazo calada; chupada; estirajón; estirón; tirón
kras arañazo; línea; raya; trazo arañazo; rasguño
pennekras arañazo; línea; raya; trazo
rimpel arruga; arruga facial; cordel; cuerda; hacer régimen; línea; ondulación; rama; raya; sedal; trazo arruga
Not SpecifiedVerwante vertalingenAndere vertalingen
kwaststreek pincelada; trazo; trazo de pincel

Verwante woorden van "trazo":


Synoniemen voor "trazo":


Wiktionary: trazo


Cross Translation:
FromToVia
trazo rechte; streep; lijn line — path through two or more points, threadlike mark
trazo streek stroke — line drawn with a pen or pencil