Overzicht
Spaans naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. tajo:
  2. Wiktionary:


Spaans

Uitgebreide vertaling voor tajo (Spaans) in het Nederlands

tajo:

tajo [el ~] zelfstandig naamwoord

  1. el tajo (tajadero)
    het blok; het hakblok; snijblok; vleesblok; het slagersblok
  2. el tajo (incisión; filo; mella; )
    de inkeping; de keep; de kerf; de inkerving
    • inkeping [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
    • keep [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • kerf [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • inkerving [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
  3. el tajo
    het slagersblok
  4. el tajo (cortadura; rebanada de pan; corte; rebanada; incisión)
    de snee; de snede; snijwond
    • snee [de ~] zelfstandig naamwoord
    • snede [de ~] zelfstandig naamwoord
    • snijwond [znw.] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor tajo:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
blok tajadero; tajo bloque; bloque de casas; bloque de juguete; bloque de viviendas; lingote
hakblok tajadero; tajo
inkeping cesura; chirlo; cortada; cortadura; corte; cuchillada; entalladura; escopleadura; filo; incisión; mella; muesca; quebradura; rebanada; tajada; tajo cesura; consorcio; corte; cuchillada; cártel; entalladura; escopladura; incisión; muesca; sindicato
inkerving cesura; chirlo; cortada; cortadura; corte; cuchillada; entalladura; escopleadura; filo; incisión; mella; muesca; quebradura; rebanada; tajada; tajo entalladura; escopleadura; muesca
keep cesura; chirlo; cortada; cortadura; corte; cuchillada; entalladura; escopleadura; filo; incisión; mella; muesca; quebradura; rebanada; tajada; tajo especie de pinzón
kerf cesura; chirlo; cortada; cortadura; corte; cuchillada; entalladura; escopleadura; filo; incisión; mella; muesca; quebradura; rebanada; tajada; tajo
slagersblok tajadero; tajo
snede cortadura; corte; incisión; rebanada; rebanada de pan; tajo cesura; corte; cuchillada; entalladura; incisión; muesca
snee cortadura; corte; incisión; rebanada; rebanada de pan; tajo bocadillo; cesura; cortada; corte; cuchillada; entalladura; incisión; muesca; rebanada de pan
snijblok tajadero; tajo
snijwond cortadura; corte; incisión; rebanada; rebanada de pan; tajo
vleesblok tajadero; tajo

Verwante woorden van "tajo":


Synoniemen voor "tajo":


Wiktionary: tajo

tajo
noun
  1. werkbank, bestaande uit een zwaar blok hout waarop men kan hakken