Spaans

Uitgebreide vertaling voor sobrante (Spaans) in het Nederlands

sobrante:

sobrante [el ~] zelfstandig naamwoord

  1. el sobrante (resto)
    het overblijfsel; de rest; de restant; het overgeblevene; laatste rest; het overschot
  2. el sobrante (saldo; excedente; remanente; )
    het saldo
    • saldo [het ~] zelfstandig naamwoord
  3. el sobrante (surplús; exceso; resto; )
    het surplus; het teveel; het overschot; het agio; de rest; het exces
    • surplus [het ~] zelfstandig naamwoord
    • teveel [het ~] zelfstandig naamwoord
    • overschot [het ~] zelfstandig naamwoord
    • agio [het ~] zelfstandig naamwoord
    • rest [de ~] zelfstandig naamwoord
    • exces [het ~] zelfstandig naamwoord
  4. el sobrante (remanente; sobra; resto)
    het staartje
    • staartje [het ~] zelfstandig naamwoord
  5. el sobrante (abundancia; surplús)
    de overmaat; rijkelijke maat

sobrante bijvoeglijk naamwoord

  1. sobrante (inútil; superfluo)
    overtollig
  2. sobrante (supernumerario; excedente; redundante; superfluo)
    boventallig; overcompleet

Vertaal Matrix voor sobrante:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
agio exceso; remanente; resto; saldo; sobrante; superávit; surplús
exces exceso; remanente; resto; saldo; sobrante; superávit; surplús abundancia; abuso; desbordamiento; desenfreno; desmán; excedente; exceso; excrecencia; extravagancia; intemperancia; protuberancia; rebosamiento; superabundancia
het overgeblevene resto; sobrante
laatste rest resto; sobrante
overblijfsel resto; sobrante
overmaat abundancia; sobrante; surplús abundancia; desmasiado; exceso; rebosamiento; superávit
overschot exceso; remanente; resto; saldo; sobrante; superávit; surplús
rest exceso; remanente; resto; saldo; sobrante; superávit; surplús
restant resto; sobrante
rijkelijke maat abundancia; sobrante; surplús
saldo excedente; finiquito; remanente; resto; saldo; sobrante; superávit; surplús saldo; saldo de cuenta
staartje remanente; resto; sobra; sobrante
surplus exceso; remanente; resto; saldo; sobrante; superávit; surplús abundancia; desmasiado; exceso; rebosamiento; superávit
teveel exceso; remanente; resto; saldo; sobrante; superávit; surplús abundancia; desmasiado; exceso; rebosamiento; superávit
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
boventallig excedente; redundante; sobrante; superfluo; supernumerario
overcompleet excedente; redundante; sobrante; superfluo; supernumerario
overtollig inútil; sobrante; superfluo

Verwante woorden van "sobrante":


Synoniemen voor "sobrante":


Wiktionary: sobrante


Cross Translation:
FromToVia
sobrante overblijfsel; rest; overige; resterende reste — Ce qui demeurer d’un tout, d’une plus grande quantité ; ce qui subsister d’une chose passée, tant au sens physique qu’au sens moral.