Overzicht
Spaans naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. prisma:
  2. Wiktionary:


Spaans

Uitgebreide vertaling voor prisma (Spaans) in het Nederlands

prisma:

prisma [el ~] zelfstandig naamwoord

  1. el prisma
    het prisma
    • prisma [het ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor prisma:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
prisma prisma

Verwante woorden van "prisma":

  • prismas

Synoniemen voor "prisma":


Wiktionary: prisma

prisma
noun
  1. (wiskunde, nld) lichaam, begrensd door twee evenwijdige vlakken en drie of meer zijvlakken met evenwijdige snijlijnen