Overzicht
Spaans naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. política:
  2. político:
  3. Wiktionary:


Spaans

Uitgebreide vertaling voor política (Spaans) in het Nederlands

política:

política [la ~] zelfstandig naamwoord

  1. la política (gestión; gestión política; dirección)
    het beleid
    • beleid [het ~] zelfstandig naamwoord
  2. la política (política de gobierno)
    de politiek; de staatkunde
  3. la política (dirección; estrategia; gestión política; táctica)
    het management; het bestuur; de politiek
  4. la política (política de estado; política de gobierno)
    de politiek; het regeringsbeleid; het staatsbeleid
  5. la política
    de politiek
    • politiek [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor política:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
beleid dirección; gestión; gestión política; política directiva
bestuur dirección; estrategia; gestión política; política; táctica administración; dirección; gerencia; gobierno; mando
management dirección; estrategia; gestión política; política; táctica dirección; gestión; management
politiek dirección; estrategia; gestión política; política; política de estado; política de gobierno; táctica
regeringsbeleid política; política de estado; política de gobierno política gubernamental
staatkunde política; política de gobierno
staatsbeleid política; política de estado; política de gobierno
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
politiek político

Verwante woorden van "política":


Wiktionary: política

política
noun
  1. een plan van aanpak voor het oplossen van problemen in de meest ruime zin
  2. datgene dat gerelateerd is aan het besturen van een land

Cross Translation:
FromToVia
política politiek Politik — Maßnahmen staatlicher Instanzen zur Regelung innerer und äußerer Angelegenheiten
política beleid; politiek policy — principle of conduct
política politicus; politica politician — one engaged in politics
política politiek politics — a methodology and activities associated with running a government

político:

político bijvoeglijk naamwoord

  1. político
    politiek; staatkundig
  2. político
    beleidsmatig; politiek
  3. político (emparentado)
    aangetrouwd

político [el ~] zelfstandig naamwoord

  1. el político (administrador; gerente; director; dirigente; hombre de estado)
    de politicus; de bestuurder
  2. el político (hombre de estado)
    de staatsman
  3. el político
    de politicus

Vertaal Matrix voor político:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bestuurder administrador; director; dirigente; gerente; hombre de estado; político chófer; conductor; conductora; gerente; personal de conducción
politicus administrador; director; dirigente; gerente; hombre de estado; político
politiek dirección; estrategia; gestión política; política; política de estado; política de gobierno; táctica
staatsman hombre de estado; político
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
aangetrouwd emparentado; político
beleidsmatig político
politiek político
staatkundig político

Verwante woorden van "político":


Wiktionary: político

político
adjective
  1. betreffende de politiek

Cross Translation:
FromToVia
político politiek political — concerning or relating to politics
político politicus; politica politician — one engaged in politics
político politicus homme politiquehomme qui faire de la politique son métier.

Verwante vertalingen van política