Overzicht
Spaans naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. plétora:
  2. Wiktionary:


Spaans

Uitgebreide vertaling voor plétora (Spaans) in het Nederlands

plétora:

plétora [la ~] zelfstandig naamwoord

  1. la plétora (lujo; riqueza; magnificencia; )
    de luxe; de overvloed; de weelderigheid; de pracht; de weelde
    • luxe [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • overvloed [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • weelderigheid [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
    • pracht [de ~] zelfstandig naamwoord
    • weelde [de ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor plétora:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
luxe abundancia; grandeza; lujo; magnificencia; plétora; profusión; riqueza; suntuosidad
overvloed abundancia; grandeza; lujo; magnificencia; plétora; profusión; riqueza; suntuosidad abundancia; desbordamiento; excedente; exceso; gran cantidad; intemperancia; montón; pila; rebosamiento; superabundancia
pracht abundancia; grandeza; lujo; magnificencia; plétora; profusión; riqueza; suntuosidad adorno; belleza; boato; brillantez; brillo; esplendor; fastuosidad; glande; gloria; hermosura; lustre; ostentación; pompa; preciosidad; resplandor
weelde abundancia; grandeza; lujo; magnificencia; plétora; profusión; riqueza; suntuosidad
weelderigheid abundancia; grandeza; lujo; magnificencia; plétora; profusión; riqueza; suntuosidad erotismo; sensualidad; sensualismo

Verwante woorden van "plétora":

  • plétoras

Synoniemen voor "plétora":


Wiktionary: plétora

plétora
noun
  1. werktuigbouwkunde|nld motortechniek|nld grotere maat dan normaal
  2. het voorhanden zijn van meer dan voldoende van iets

Cross Translation:
FromToVia
plétora overmaat plethora — excess, abundance