Overzicht
Spaans naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. pinza:
  2. Wiktionary:


Spaans

Uitgebreide vertaling voor pinza (Spaans) in het Nederlands

pinza:

pinza [la ~] zelfstandig naamwoord

  1. la pinza
    de wasknijper; de knijper
    • wasknijper [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • knijper [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
  2. la pinza (cuña; aguja; boli)
    de wig; keil; de keg
    • wig [de ~] zelfstandig naamwoord
    • keil [znw.] zelfstandig naamwoord
    • keg [de ~] zelfstandig naamwoord
  3. la pinza (percha; perchero; pinza de la ropa; )
    de kapstok; kledingstandaard
  4. la pinza (bar; trampa; masilla; )
    de knijp
    • knijp [de ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor pinza:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
kapstok colgador; cuelgacapas; percha; perchero; perrito de ropa; pinza; pinza de la ropa
keg aguja; boli; cuña; pinza
keil aguja; boli; cuña; pinza
kledingstandaard colgador; cuelgacapas; percha; perchero; perrito de ropa; pinza; pinza de la ropa
knijp bar; bayuca; brazadera; cafetería; cepo; clavija; establecimiento; grapa; local; masilla; mesón; pegamento; pinza; posada; presilla; sala; taberna; tasca; trampa; venta
knijper pinza
wasknijper pinza
wig aguja; boli; cuña; pinza

Wiktionary: pinza


Cross Translation:
FromToVia
pinza wasspeld; wasknijper clothes peg — an object used to attach wet laundry to a clothesline

Verwante vertalingen van pinza