Overzicht
Spaans naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. parábola:
  2. Wiktionary:


Spaans

Uitgebreide vertaling voor parábola (Spaans) in het Nederlands

parábola:

parábola [la ~] zelfstandig naamwoord

  1. la parábola (réplica; igualdad; acuerdo; )
    het evenbeeld
  2. la parábola
    de parabel
    • parabel [de ~] zelfstandig naamwoord
  3. la parábola
    de parabool

Vertaal Matrix voor parábola:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
evenbeeld acuerdo; armonía; conformidad; contrato; convenio; correspondencia; igualdad; pacto; parecido; parábola; réplica; semejanza; similitud; tratado; viva imagen; vivo retrato
parabel parábola
parabool parábola

Verwante woorden van "parábola":

  • parábolas

Synoniemen voor "parábola":


Wiktionary: parábola

parábola
noun
  1. letterkunde|nld zinnebeeldig verhaal dat dient om een religieus, moreel of filosofisch idee te illustreren

Cross Translation:
FromToVia
parábola parabel parable — short story illustrating a lesson
parábola parabool parabola — a conic section
parábola parabool parabole — Section de cône (2):