Overzicht
Spaans naar Nederlands: Meer gegevens...
- pícaros:
-
pícaro:
- ondeugend; kwajongensachtig; snaaks; guitig; schalks; bengelachtig; spotachtig; schelmachtig; schelms; schalkachtig; loszinnig
- guit; deugniet; stinkerd; snaak; rakker; delinquent; crimineel; misdadiger; stouterd; picaro; schavuit; schelm; schurk; schobbejak; fielt; boef; rekel; galgentronie; galgenbrok; paljas; olijkerd; schalk
-
Wiktionary:
- pícaro → boef, deugniet
- pícaro → ondeugend, kwetsend, beledigend, sodemieter
Spaans
Uitgebreide vertaling voor pícaros (Spaans) in het Nederlands
pícaros:
Vertaal Matrix voor pícaros:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
bengels | pilletes; pillos; pícaros | |
boefjes | bribones; holgazanes; pícaros; tunantes | |
deugnieten | bribones; holgazanes; pícaros; tunantes | |
gladakkers | bribones; holgazanes; pícaros; tunantes | |
guiten | bribones; holgazanes; pícaros; tunantes | diablillos |
jongens | granuja; pícaros; tunante | |
rakkers | granuja; pícaros; tunante | |
schavuiten | bribones; holgazanes; pícaros; tunantes | |
vlegels | pilletes; pillos; pícaros |
Verwante woorden van "pícaros":
pícaro:
-
pícaro (gracioso; travieso; divertido; pillo)
ondeugend; kwajongensachtig; snaaks; guitig; schalks; bengelachtig; spotachtig; schelmachtig; schelms; schalkachtig-
ondeugend bijvoeglijk naamwoord
-
kwajongensachtig bijvoeglijk naamwoord
-
snaaks bijvoeglijk naamwoord
-
guitig bijvoeglijk naamwoord
-
schalks bijvoeglijk naamwoord
-
bengelachtig bijvoeglijk naamwoord
-
spotachtig bijvoeglijk naamwoord
-
schelmachtig bijvoeglijk naamwoord
-
schelms bijvoeglijk naamwoord
-
schalkachtig bijvoeglijk naamwoord
-
-
pícaro (atrevido; frívolo)
-
el pícaro (apestoso; gracioso; cabrón; cochino; diablillo; chocarrero; payaso; asqueroso; mofeta; puerco; bromista; bufón; bribón; guasón; mala bestia; cerdo; canalla; mal bicho)
-
el pícaro (delincuente; criminal; sinvergüenza; culpable; infractor; malhechor; transgresor)
-
el pícaro (tunante; gamberro; pillete; pillo; granuja; golfillo)
-
el pícaro (granuja; bribón; pilluelo)
-
el pícaro (bribón; trasto; niño travieso; criminal; niña traviesa; delincuente; desalmado; pillo; sinvergüenza; galopín; vicio; canalla; granuja; chinche; truhán; tunante; rufián; pillete; pillastre; malapieza; granujita)
-
el pícaro (pillo; golfillo; pilluelo; zorro; gamberro; granuja; bribón; tunante; galopín)
-
el pícaro (payaso; bufón; guasón; bromista; pillo; bribón; malapieza)
-
el pícaro (payaso; bromista; burlón; bufón; bribón; socarrón; guasón; chocarrero)
-
el pícaro (bribón; payaso; bromista; bufón; diablillo; guasón; chocarrero)
Vertaal Matrix voor pícaro:
Verwante woorden van "pícaro":
Synoniemen voor "pícaro":
Wiktionary: pícaro
pícaro
Cross Translation:
noun
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• pícaro | → ondeugend | ↔ impish — mischievous |
• pícaro | → kwetsend; beledigend | ↔ mischievous — causing mischief |
• pícaro | → sodemieter | ↔ Schelm — Mensch, der gerne scherzt und neckt |