Overzicht
Spaans naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. olla:
  2. Wiktionary:


Spaans

Uitgebreide vertaling voor olla (Spaans) in het Nederlands

olla:

olla [el ~] zelfstandig naamwoord

  1. el olla (cacerola; puchero)
    de kookpot; de pot
    • kookpot [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • pot [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

olla [la ~] zelfstandig naamwoord

  1. la olla (sartén)
    grote pan

Vertaal Matrix voor olla:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
grote pan olla; sartén
kookpot cacerola; olla; puchero
pot cacerola; olla; puchero balde; banca; barreño; barril; bañera; bote; carrera; combate; competición; cubo; cubo para bañarse; encuentro; lesbiana; match; partido; pila; plato; puesta; tonel; tonelada; tortillera

Verwante woorden van "olla":


Synoniemen voor "olla":


Wiktionary: olla

olla
noun
  1. kookkunst|nld grote ketel waar in soep wordt gemaakt

Cross Translation:
FromToVia
olla pot TopfKurzform für: Kochtopf
olla pot Topf — kleines Gefäß
olla pot pot — vessel
olla doos; bak; etui; foedraal; koker; korf; pot; zak; vat; kist; fles; krat; emmer; kruik; urn; schrijn; overzetboot; pont; pontveer; schouw; veerboot; veerpont bac — Traductions à trier suivant le sens
olla doos; bak; etui; foedraal; koker; korf; pot; zak; vat; kist; fles; krat; emmer; kruik; urn; kuip; teil; tobbe baquet — Petit cuvier de bois qui a les bords assez bas.
olla soepketel marmiterécipient de terre ou de métal, où l’on fait ordinairement cuire les viandes dont le bouillon sert à faire le potage.
olla pot; pul; vaas; vat; kan; pan potvase de terre ou de métal servant à divers usages.

Verwante vertalingen van olla