Home ->Woordenboeken ->Spaans/Nederlands ->Vertaal obra

Vertaal obra van Spaans naar Nederlands

Overzicht
Spaans naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. obra:
  2. Wiktionary:

Spaans

Uitgebreide vertaling voor obra (Spaans) in het Nederlands

obra:

obra [la ~] zelfstandig naamwoord

  1. la obra (faena; ocupación; quehacer; )
    de hobby; de bezigheid
    • hobby [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • bezigheid [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
  2. la obra (trabajo; actividad; cargo; empleo)
    het werk; de arbeid; de taak; de werkzaamheid; het vak; de inspanning; het ambacht; de bezigheid
    • werk [het ~] zelfstandig naamwoord
    • arbeid [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • taak [de ~] zelfstandig naamwoord
    • werkzaamheid [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
    • vak [het ~] zelfstandig naamwoord
    • inspanning [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • ambacht [het ~] zelfstandig naamwoord
    • bezigheid [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
  3. la obra (empleo; trabajo; función; misión; ocupación)
    de arbeid; de job; de karwei
    • arbeid [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • job [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • karwei [de ~] zelfstandig naamwoord
  4. la obra (trabajo asalariado; trabajo agrario por hora; empleo; trabajo)
    het werk; de loonarbeid; loonwerk
    • werk [het ~] zelfstandig naamwoord
    • loonarbeid [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • loonwerk [znw.] zelfstandig naamwoord
  5. la obra (obra literaria; producción literaria)
    de pennenvrucht
  6. la obra (afanoso; asiduidad; actividad; )
    de nijverheid; ijverigheid; de werklust; de werkzaamheid; de ijver; de vlijt; noestigheid; naarstigheid; vlijtigheid
  7. la obra (opus)
    het opus
    • opus [het ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor obra:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
ambacht actividad; cargo; empleo; obra; trabajo actividad; actividades; apelación; artesanía; asignatura; asunto; asuntos; aventura; caseta; casilla; causa; compartimiento; mercancía; profesión; trabajo
arbeid actividad; cargo; empleo; función; misión; obra; ocupación; trabajo actividad; trabajo
bezigheid actividad; cargo; empleo; faena; función; memoria; misión; obra; ocupación; quehacer; tarea; trabajo; trabajo escrito actividad
hobby empleo; faena; función; memoria; misión; obra; ocupación; quehacer; tarea; trabajo; trabajo escrito
ijver actividad; afanoso; ardor; asiduidad; entusiasmo; intensidad; obra; ímpetu dedicación; devoción
ijverigheid actividad; afanoso; ardor; asiduidad; entusiasmo; intensidad; obra; ímpetu
inspanning actividad; cargo; empleo; obra; trabajo empeños; esfuerzo; intento
job empleo; función; misión; obra; ocupación; trabajo empleo; trabajo
karwei empleo; función; misión; obra; ocupación; trabajo
loonarbeid empleo; obra; trabajo; trabajo agrario por hora; trabajo asalariado
loonwerk empleo; obra; trabajo; trabajo agrario por hora; trabajo asalariado
naarstigheid actividad; afanoso; ardor; asiduidad; entusiasmo; intensidad; obra; ímpetu
nijverheid actividad; afanoso; ardor; asiduidad; entusiasmo; intensidad; obra; ímpetu
noestigheid actividad; afanoso; ardor; asiduidad; entusiasmo; intensidad; obra; ímpetu
opus obra; opus
pennenvrucht obra; obra literaria; producción literaria
taak actividad; cargo; empleo; obra; trabajo Tarea pendiente; apremio; caso; comando; cometido; comisión; consigna; contrato; dedicación; encargo; enseñanza; instrucción; mando; misión; tarea; tarea escolar; tarea pendiente; trabajo; trabajo escrito
vak actividad; cargo; empleo; obra; trabajo actividad; actividades; apelación; artesanía; asignatura; asunto; asuntos; aventura; caseta; casilla; causa; compartimiento; congelador de la nevera; mercancía; profesión; trabajo
vlijt actividad; afanoso; ardor; asiduidad; entusiasmo; intensidad; obra; ímpetu
vlijtigheid actividad; afanoso; ardor; asiduidad; entusiasmo; intensidad; obra; ímpetu
werk actividad; cargo; empleo; obra; trabajo; trabajo agrario por hora; trabajo asalariado creación; círculo laboral; empleo; fabricación; lugar de trabajo; obra artística; obra de arte; obras completas; producto artificial; profesión; trabajo
werklust actividad; afanoso; ardor; asiduidad; entusiasmo; intensidad; obra; ímpetu alma; animosidad; ardor; capacidad laboral; empuje; energía; entusiasmo; espíritu; fervor; fuerza; ganas de trabajar; interés
werkzaamheid actividad; afanoso; ardor; asiduidad; cargo; empleo; entusiasmo; intensidad; obra; trabajo; ímpetu actividad; afán de trabajar; capacidad de trabajo; capacidad laboral; funcionalidad; productividad

Synoniemen voor "obra":


Wiktionary: obra

obra
noun
  1. dat wat gemaakt is, kunstwerk
Cross Translation:
FromToVia
• obra → daad ↔ deed — action
• obra → schouwspel ↔ play — literary composition
• obra → werk; werkstuk ↔ work — literary, artistic, or intellectual production
• obra → prestatie ↔ Leistung — allgemein: gezielte Handlung, die zu einem bestimmten Ergebnis bzw. der Lösung einer Aufgabe führt
• obra → werk ↔ Werk — (groß) Schöpfung eines Künstlers oder Kreativen
• obra → werk ↔ Werk — die Tätigkeit des arbeiten an einer (umfangreichen) Sache
• obra → arbeid; emplooi; werk; karwei; prestatie ↔ ouvrage — Travail : Action de travailler, ce qui est produit par l’ouvrier ou résultat d’un travail (Sens général)
• obra → akte; document; bedrijf; kamer; lokaal; vertrek; bonk; brok; eindje; stukje; homp ↔ pièce — partie, portion, morceau d’un tout.

Computer vertaling door derden:

Verwante vertalingen van obra







Uw gratis, snelle en simpele vertaal woordenboek

Copyright © 2000-2024 Interglot ®

Pagina gepresenteerd in 0.0532 seconde
Page rendered in 1.0 seconds