Overzicht
Spaans naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. mandíbula:
  2. Wiktionary:


Spaans

Uitgebreide vertaling voor mandíbula (Spaans) in het Nederlands

mandíbula:

mandíbula [la ~] zelfstandig naamwoord

  1. la mandíbula (hueso maxilar; maxilar; quijada)
    het kaakbeen
    • kaakbeen [het ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor mandíbula:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
kaakbeen hueso maxilar; mandíbula; maxilar; quijada

Verwante woorden van "mandíbula":


Synoniemen voor "mandíbula":


Wiktionary: mandíbula

mandíbula
Cross Translation:
FromToVia
mandíbula kaak jaw — bone of the jaw
mandíbula kaak; kakement mâchoirechacun des deux parties osseuses de la bouche dans lesquelles les dents enchâsser.

Computer vertaling door derden:

Verwante vertalingen van mandíbula