Overzicht
Spaans naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. lectores:
  2. lector:
  3. Wiktionary:


Spaans

Uitgebreide vertaling voor lectores (Spaans) in het Nederlands

lectores:

lectores [el ~] zelfstandig naamwoord

  1. el lectores (grupo de lectores; círculo de lectores)
    het lezerspubliek; de lezerskring

Vertaal Matrix voor lectores:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
lezerskring círculo de lectores; grupo de lectores; lectores
lezerspubliek círculo de lectores; grupo de lectores; lectores

Verwante woorden van "lectores":


Wiktionary: lectores


Cross Translation:
FromToVia
lectores lezerskring lectorat — Ensemble des lecteurs (1)

lectores vorm van lector:

lector [el ~] zelfstandig naamwoord

  1. el lector (lectora)
    de lezer
    • lezer [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
  2. el lector (orador)
    de lector; de spreker; redevoerder; de redenaar
    • lector [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • spreker [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • redevoerder [znw.] zelfstandig naamwoord
    • redenaar [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
  3. el lector (lector del diario)
    de krantenlezer

Vertaal Matrix voor lector:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
krantenlezer lector; lector del diario
lector lector; orador
lezer lector; lectora
redenaar lector; orador
redevoerder lector; orador
spreker lector; orador
- interrogador

Verwante woorden van "lector":


Synoniemen voor "lector":


Wiktionary: lector

lector
noun
  1. onderwijs|nld, beroep|nld, wetenschap|nld docent aan een universiteit, een rang lager dan hoogleraar
  2. iemand die (een bepaald geschrift) leest

Cross Translation:
FromToVia
lector lezer reader — person who reads a publication
lector lezer lecteur — celui qui lit

Verwante vertalingen van lectores