Overzicht
Spaans naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. jauría:


Spaans

Uitgebreide vertaling voor jauría (Spaans) in het Nederlands

jauría:

jauría [la ~] zelfstandig naamwoord

  1. la jauría (grupo; muta)
    de horde; de meute; de troep
    • horde [de ~] zelfstandig naamwoord
    • meute [de ~] zelfstandig naamwoord
    • troep [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor jauría:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
horde grupo; jauría; muta aluvión; banda; cantidad; copia; cuadrilla; cuchilla; grupo; horda; masa; muchedumbre; multitud; valla
meute grupo; jauría; muta
troep grupo; jauría; muta acumulación; afluencia; agrupación; aluvión; banda; batiburrillo; cantidad; caos; concentración de personas; copia; cuadrilla; cuchilla; desorden; enjambre; estropicio; formación de grupos de gente; grupo; horda; masa; montones; montón; multitud; porquería; ruina

Verwante woorden van "jauría":

  • jaurías

Synoniemen voor "jauría":


Computer vertaling door derden: