Overzicht
Spaans naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. jaca:


Spaans

Uitgebreide vertaling voor jaca (Spaans) in het Nederlands

jaca:

jaca [la ~] zelfstandig naamwoord

  1. la jaca (colisión; choque; atropello; hit)
    de collisie; de botsing; de aanrijding
    • collisie [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
    • botsing [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
    • aanrijding [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor jaca:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
aanrijding atropello; choque; colisión; hit; jaca
botsing atropello; choque; colisión; hit; jaca bronca; choque; colisión; conflicto; desacuerdo; enfrentamiento; pelea
collisie atropello; choque; colisión; hit; jaca
OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
botsing choque

Verwante woorden van "jaca":

  • jacas

Synoniemen voor "jaca":