Overzicht


Spaans

Uitgebreide vertaling voor intervalos (Spaans) in het Nederlands

intervalos:

intervalos [el ~] zelfstandig naamwoord

  1. el intervalos (espacios intermedios)
    de tussenpozen
  2. el intervalos (espacios intermedios)
    de tussenruimtes

Vertaal Matrix voor intervalos:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
tussenpozen espacios intermedios; intervalos
tussenruimtes espacios intermedios; intervalos

Verwante woorden van "intervalos":


intervalo:

intervalo [el ~] zelfstandig naamwoord

  1. el intervalo
    het interval
    • interval [het ~] zelfstandig naamwoord
  2. el intervalo
    de toonafstand
  3. el intervalo
    het bereik
    • bereik [het ~] zelfstandig naamwoord
  4. el intervalo (intermedio; período; lapso; espacio)
    het interim; de tussentijd; de tussenpoos
  5. el intervalo (espacio intermedio; abismo; abertura; )
    de kloof; de tussenruimte; de uitsparing; de spleet; de opening
    • kloof [de ~] zelfstandig naamwoord
    • tussenruimte [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
    • uitsparing [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
    • spleet [de ~] zelfstandig naamwoord
    • opening [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor intervalo:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bereik intervalo alcance; cobertura de datos; envergadura; rango; ámbito; ámbito de búsqueda
interim espacio; intermedio; intervalo; lapso; período
interval intervalo
kloof abertura; abismo; barranco; espacio; espacio intermedio; fisura; grieta; hendidura; intervalo; precipicio; quebrada alejamiento; barranco; canal; distancia; entalladura; escopladura; garganta; hendidura; intersticio; muesca; precipicio; quebrada; ranura; rendija; resquicio; surco; zanja
opening abertura; abismo; barranco; espacio; espacio intermedio; fisura; grieta; hendidura; intervalo; precipicio; quebrada abertura; acequia; arruga; boquete; brecha; canal; canaladura; canalizo; comienzo; corredera; cuca; entalladura; escopladura; grieta; hendidura; inicio; marco de la puerta; muesca; principio; raja; ranura; regadera; rendija; roza; surco; vano; zanja
spleet abertura; abismo; barranco; espacio; espacio intermedio; fisura; grieta; hendidura; intervalo; precipicio; quebrada
toonafstand intervalo
tussenpoos espacio; intermedio; intervalo; lapso; período descanso; intermedio; pausa; reposo
tussenruimte abertura; abismo; barranco; espacio; espacio intermedio; fisura; grieta; hendidura; intervalo; precipicio; quebrada
tussentijd espacio; intermedio; intervalo; lapso; período
uitsparing abertura; abismo; barranco; espacio; espacio intermedio; fisura; grieta; hendidura; intervalo; precipicio; quebrada entalladura; escopladura; muesca

Verwante woorden van "intervalo":


Synoniemen voor "intervalo":


Wiktionary: intervalo

intervalo
phrase
  1. voorlopig, tussentijds

Cross Translation:
FromToVia
intervalo interval IntervallMusik: Abstand zwischen der Höhe zweier Ton
intervalo bereik range — math: set of values of a function
intervalo interval; tussenruimte; tussenpoos; tussentijd; spatie intervalledistance d’un lieu à un autre.

Verwante vertalingen van intervalos