Overzicht


Spaans

Uitgebreide vertaling voor inconstancia (Spaans) in het Nederlands

inconstancia:

inconstancia [la ~] zelfstandig naamwoord

  1. la inconstancia (variabilidad)
    de veranderlijkheid
  2. la inconstancia (vivacidad)
    de beweeglijkheid; de ongedurigheid
  3. la inconstancia (capricho; antojo; irregularidad; veleidad; volubilidad)
    luimigheid; de grilligheid; de wispelturigheid

Vertaal Matrix voor inconstancia:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
beweeglijkheid inconstancia; vivacidad agilidad; viveza
grilligheid antojo; capricho; inconstancia; irregularidad; veleidad; volubilidad
luimigheid antojo; capricho; inconstancia; irregularidad; veleidad; volubilidad
ongedurigheid inconstancia; vivacidad agitación; conmoción
veranderlijkheid inconstancia; variabilidad inestabilidad; variabilidad
wispelturigheid antojo; capricho; inconstancia; irregularidad; veleidad; volubilidad

Synoniemen voor "inconstancia":


Computer vertaling door derden: