Overzicht
Spaans naar Nederlands: Meer gegevens...
-
incoloro:
- wit; wit van huidskleur; blank; grauw; vaal; kleurloos; bleek; ongekleurd; ongelakt; pips; verschoten; flets; flauw
- Wiktionary:
Spaans
Uitgebreide vertaling voor incoloro (Spaans) in het Nederlands
incoloro:
-
incoloro (pálido; blanco; paliducho; sin pintar)
wit; wit van huidskleur; blank-
wit bijvoeglijk naamwoord
-
wit van huidskleur bijvoeglijk naamwoord
-
blank bijvoeglijk naamwoord
-
-
incoloro (pardo; ancho; gris; tenue; puerco; lívido; holgado; mugriento; desaliñado; deslucido; plomizo; descolorido; grisáceo; pardusco; sin color)
-
incoloro (sin color)
kleurloos; blank; bleek; ongekleurd-
kleurloos bijvoeglijk naamwoord
-
blank bijvoeglijk naamwoord
-
bleek bijvoeglijk naamwoord
-
ongekleurd bijvoeglijk naamwoord
-
-
incoloro (blanco; puro; desnudo; claro; pálido; sin pintar)
-
incoloro (lívido; claro; sin color; blanco; pálido; deslucido; descolorido; muy usado)
-
incoloro (pálido; soso; flojo; vago; agotado; débil; blanco; lejano; gris; tenue; pardo; canoso; gastado; lívido; caduco; difuso; desgastado; mustio; enfermizo; lánguido; desteñido; deslucido; plomizo; descolorido; manoseado; desmudado; sin color)
verschoten; bleek; flets; flauw-
verschoten bijvoeglijk naamwoord
-
bleek bijvoeglijk naamwoord
-
flets bijvoeglijk naamwoord
-
flauw bijvoeglijk naamwoord
-