Impecabilidad in het Nederlands vertaald uit het Spaans

Remove Ads

Overzicht

Spaans naar Nederlands: Meer gegevens...

impecabilidad:
- netheid; keurigheid; ordelijkheid; onberispelijkheid; zuiverheid; reinheid; vlekkeloosheid

Spaans

Uitgebreide vertaling voor impecabilidad (Spaans) in het Nederlands

impecabilidad:

impecabilidad [la ~] zelfstandig naamwoord

la impecabilidad (orden; alborozo; decencia; pulcritud; respetabilidad; gusto; conveniencia; animación; pureza; honradez; elegancia; buenos modales; exquisitez; honorabilidad; alegría apacible; sistematismo; buenas costumbres; carácter impecable)
de netheid; de keurigheid; de ordelijkheid; de onberispelijkheid
- netheid [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- keurigheid [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- ordelijkheid [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- onberispelijkheid [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
la impecabilidad (infalibilidad; pureza; carácter impecable; intachabilidad)
de zuiverheid; de reinheid; de vlekkeloosheid
- zuiverheid [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- reinheid [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- vlekkeloosheid [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor impecabilidad:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
keurigheid	alborozo; alegría apacible; animación; buenas costumbres; buenos modales; carácter impecable; conveniencia; decencia; elegancia; exquisitez; gusto; honorabilidad; honradez; impecabilidad; orden; pulcritud; pureza; respetabilidad; sistematismo	buenos modales; consideración; conveniencia; decencia; delicadeza; distinción; elegancia; honestidad; honorabilidad; irreprensibilidad; jovialidad; limpieza; orden; primor; pulcritud; sistematismo
netheid	alborozo; alegría apacible; animación; buenas costumbres; buenos modales; carácter impecable; conveniencia; decencia; elegancia; exquisitez; gusto; honorabilidad; honradez; impecabilidad; orden; pulcritud; pureza; respetabilidad; sistematismo	buenos modales; consideración; conveniencia; decencia; delicadeza; distinción; elegancia; honestidad; honorabilidad; irreprensibilidad; jovialidad; limpieza; orden; primor; pulcritud; pureza; sistematismo
onberispelijkheid	alborozo; alegría apacible; animación; buenas costumbres; buenos modales; carácter impecable; conveniencia; decencia; elegancia; exquisitez; gusto; honorabilidad; honradez; impecabilidad; orden; pulcritud; pureza; respetabilidad; sistematismo	buenos modales; conveniencia; elegancia; honestidad; honorabilidad; irreprensibilidad; jovialidad; limpieza; orden; sistematismo
ordelijkheid	alborozo; alegría apacible; animación; buenas costumbres; buenos modales; carácter impecable; conveniencia; decencia; elegancia; exquisitez; gusto; honorabilidad; honradez; impecabilidad; orden; pulcritud; pureza; respetabilidad; sistematismo	buenos modales; conveniencia; elegancia; honestidad; honorabilidad; irreprensibilidad; jovialidad; limpieza; orden; sistematismo
reinheid	carácter impecable; impecabilidad; infalibilidad; intachabilidad; pureza	pudor; pureza; virginidad
vlekkeloosheid	carácter impecable; impecabilidad; infalibilidad; intachabilidad; pureza
zuiverheid	carácter impecable; impecabilidad; infalibilidad; intachabilidad; pureza

Remove Ads

Vertaal impecabilidad van Spaans naar Nederlands

Uitgebreide vertaling voor impecabilidad (Spaans) in het Nederlands

impecabilidad:

impecabilidad [la ~] zelfstandig naamwoord

la impecabilidad (orden; alborozo; decencia; pulcritud; respetabilidad; gusto; conveniencia; animación; pureza; honradez; elegancia; buenos modales; exquisitez; honorabilidad; alegría apacible; sistematismo; buenas costumbres; carácter impecable)

la impecabilidad (infalibilidad; pureza; carácter impecable; intachabilidad)

Vertaal Matrix voor impecabilidad: