Overzicht
Spaans naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. hilo:
  2. hilar:
  3. Wiktionary:


Spaans

Uitgebreide vertaling voor hilo (Spaans) in het Nederlands

hilo:

hilo [el ~] zelfstandig naamwoord

  1. el hilo (fibra; cuerda; cordón; )
    het garen; het rijgsnoer; de draad
    • garen [het ~] zelfstandig naamwoord
    • rijgsnoer [het ~] zelfstandig naamwoord
    • draad [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
  2. el hilo (cuerda)
    het garen; de draad; de hechtdraad
    • garen [het ~] zelfstandig naamwoord
    • draad [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • hechtdraad [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
  3. el hilo (hebra)
    het garen
    • garen [het ~] zelfstandig naamwoord
  4. el hilo (fibra; filete; hebra)
    de vezel; lichaamsvezel
  5. el hilo (flexible; cable)
    de elektriciteitsdraad; het snoer; het snoertje
  6. el hilo (hilván; catgut)
    de rijgdraad
  7. el hilo (hilo para zurcir)
    de stopwol; verstelgaren; flikdraad

Vertaal Matrix voor hilo:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
draad cordoncillo; cordón; cuerda; fibra; hebra; hilo; nervio alambre
elektriciteitsdraad cable; flexible; hilo
flikdraad hilo; hilo para zurcir
garen cordoncillo; cordón; cuerda; fibra; hebra; hilo; nervio
hechtdraad cuerda; hilo
lichaamsvezel fibra; filete; hebra; hilo
rijgdraad catgut; hilo; hilván
rijgsnoer cordoncillo; cordón; cuerda; fibra; hebra; hilo; nervio
snoer cable; flexible; hilo cadena; cadenilla; cadenita; cerco; ciclo; collar; cordón circunvalatorio; corona; círculo; esfera; esposas; gama; gargantilla; grillos; halo; halón; hilera; ojera; progresión; secuencia; serie; sucesión
snoertje cable; flexible; hilo
stopwol hilo; hilo para zurcir
verstelgaren hilo; hilo para zurcir
vezel fibra; filete; hebra; hilo fibra

Verwante woorden van "hilo":


Synoniemen voor "hilo":


Wiktionary: hilo

hilo
noun
  1. in elkaar gesponnen vezels
  2. product afkomstig uit vlas

Cross Translation:
FromToVia
hilo zeel; koord; touw cord — length of twisted strands
hilo touw; lijn line — rope, cord, or string
hilo draad; garen thread — long, thin and flexible form of material
hilo draad wire — thin thread of metal
hilo garen yarn — fiber strand for knitting or weaving
hilo draad fil — Petite partie longue et déliée

hilo vorm van hilar:

hilar werkwoord

  1. hilar (ronronear)
    spinnen
    • spinnen werkwoord (spin, spint, spinde, spinden, gespint)

Conjugations for hilar:

presente
  1. hilo
  2. hilas
  3. hila
  4. hilamos
  5. hiláis
  6. hilan
imperfecto
  1. hilaba
  2. hilabas
  3. hilaba
  4. hilábamos
  5. hilabais
  6. hilaban
indefinido
  1. hilé
  2. hilaste
  3. hiló
  4. hilamos
  5. hilasteis
  6. hilaron
fut. de ind.
  1. hilaré
  2. hilarás
  3. hilará
  4. hilaremos
  5. hilaréis
  6. hilarán
condic.
  1. hilaría
  2. hilarías
  3. hilaría
  4. hilaríamos
  5. hilaríais
  6. hilarían
pres. de subj.
  1. que hile
  2. que hiles
  3. que hile
  4. que hilemos
  5. que hiléis
  6. que hilen
imp. de subj.
  1. que hilara
  2. que hilaras
  3. que hilara
  4. que hiláramos
  5. que hilarais
  6. que hilaran
miscelánea
  1. ¡hila!
  2. ¡hilad!
  3. ¡no hiles!
  4. ¡no hiléis!
  5. hilado
  6. hilando
1. yo, 2. tú, 3. él/ella/usted, 4. nosotros/nosotras, 5. vosotros/vosotras, 6. ellos/ellas/ustedes

Vertaal Matrix voor hilar:

WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
spinnen hilar; ronronear

Wiktionary: hilar

hilar
verb
  1. een lange draad vervaardigen door enkele vezels in elkaar te vervlechten

Cross Translation:
FromToVia
hilar spinnen spin — to make yarn
hilar spinnen spinnen — einen Faden herstellen, Erstellung von Garn aus einzelnen Fasern

Verwante vertalingen van hilo