Exactitud in het Nederlands vertaald uit het Spaans

Overzicht

Spaans naar Nederlands: Meer gegevens...

exactitud:
- preciesheid; juistheid; stiptheid; correctheid; nauwkeurigheid; precisie; nauwgezetheid; accuratesse; nauwlettendheid
Wiktionary:
- exactitud → nauwkeurigheid
- exactitud → nauwkeurigheid, precisie

Spaans

Uitgebreide vertaling voor exactitud (Spaans) in het Nederlands

la exactitud (meticulosidad; esmero; precisión; puntualidad; seguridad; minuciosidad; escrupulosidad)
de preciesheid; de juistheid; de stiptheid
- preciesheid [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- juistheid [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- stiptheid [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
la exactitud (cortesía; esmero; precisión; educación)
de correctheid
- correctheid [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
la exactitud (puntualidad; precisión; minuciosidad; meticulosidad)
de nauwkeurigheid; de precisie; de nauwgezetheid; de accuratesse
- nauwkeurigheid [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- precisie [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- nauwgezetheid [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- accuratesse [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
la exactitud (seguridad; esmero; precisión; puntualidad; minuciosidad; meticulosidad; escrupulosidad)
nauwlettendheid
- nauwlettendheid [znw.] zelfstandig naamwoord

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
accuratesse	exactitud; meticulosidad; minuciosidad; precisión; puntualidad
correctheid	cortesía; educación; esmero; exactitud; precisión
juistheid	escrupulosidad; esmero; exactitud; meticulosidad; minuciosidad; precisión; puntualidad; seguridad
nauwgezetheid	exactitud; meticulosidad; minuciosidad; precisión; puntualidad
nauwkeurigheid	exactitud; meticulosidad; minuciosidad; precisión; puntualidad
nauwlettendheid	escrupulosidad; esmero; exactitud; meticulosidad; minuciosidad; precisión; puntualidad; seguridad
preciesheid	escrupulosidad; esmero; exactitud; meticulosidad; minuciosidad; precisión; puntualidad; seguridad
precisie	exactitud; meticulosidad; minuciosidad; precisión; puntualidad
stiptheid	escrupulosidad; esmero; exactitud; meticulosidad; minuciosidad; precisión; puntualidad; seguridad

exactitud

noun

de mate waarin men zaken tot in de puntjes behandelt
- nauwkeurigheid → exactitud

Cross Translation:

From	To	Via
• exactitud	→ nauwkeurigheid; precisie	↔ accuracy — state of being accurate