Overzicht
Spaans naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. espetando:


Spaans

Uitgebreide vertaling voor espetando (Spaans) in het Nederlands

espetando:

espetando bijvoeglijk naamwoord

  1. espetando (irascible; brusco)
    wrevelig; kortaf; korzelig; snauwend

Vertaal Matrix voor espetando:

Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
kortaf brusco; espetando; irascible aturdido; brusco; bruto; cruel; desafilado; descortés; desmañado; incivilizado; inhábil; insolente; mal criado; repentino; secamente; seco
korzelig brusco; espetando; irascible agrio; chabacano; desabrido; despegado; enfurruñado; gruñón; hosco; irritable; malhumorado; rebarbativo; ronco; rudo; susceptible
wrevelig brusco; espetando; irascible de mal humor; desabrido; enfadado; irritado; malhumorado; rencoroso; resentido
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
snauwend brusco; espetando; irascible