Spaans
Uitgebreide vertaling voor escogido (Spaans) in het Nederlands
escogido:
-
escogido (difícil de contentar; descontentadizo)
kieskeurig-
kieskeurig bijvoeglijk naamwoord
-
-
escogido (rico; bienaventurado; apetitoso; muy rico; bueno; delicioso; magnífico; gustoso; bien; sublime; excelente; agradable)
smakelijk; lekker; verlokkend; aanlokkelijk-
smakelijk bijvoeglijk naamwoord
-
lekker bijvoeglijk naamwoord
-
verlokkend bijvoeglijk naamwoord
-
aanlokkelijk bijvoeglijk naamwoord
-
-
escogido (perfecto; a las mil maravillas; ideal)
-
escogido (cariñoso; querida; favorito; querido; amable; amado; preferido; preciado; exclusivo; privilegiado; preferente; exclusive)
favoriete; dierbaar; lievelings; geselecteerd; verkoren; toegenegen-
favoriete bijvoeglijk naamwoord
-
dierbaar bijvoeglijk naamwoord
-
lievelings bijvoeglijk naamwoord
-
geselecteerd bijvoeglijk naamwoord
-
verkoren bijvoeglijk naamwoord
-
toegenegen bijvoeglijk naamwoord
-
-
escogido (elegido; seleccionado; electo)
-
escogido (querido; electo; elegido; seleccionado; preferido; favorito; predilecto; preciado)
uitverkoren-
uitverkoren bijvoeglijk naamwoord
-
-
escogido (selecto; seleccionado; elegido; electo; surtido)
geselecteerd; waaraan voorkeur is gegeven; verkozen; uitgezocht-
geselecteerd bijvoeglijk naamwoord
-
waaraan voorkeur is gegeven bijvoeglijk naamwoord
-
verkozen bijvoeglijk naamwoord
-
uitgezocht bijvoeglijk naamwoord
-
-
escogido (elegido; seleccionado; ordenado; clasificado)
geselecteerd; uitgekozen; uitgezocht-
geselecteerd bijvoeglijk naamwoord
-
uitgekozen bijvoeglijk naamwoord
-
uitgezocht bijvoeglijk naamwoord
-