Overzicht
Spaans naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. equipaje:
  2. Wiktionary:


Spaans

Uitgebreide vertaling voor equipaje (Spaans) in het Nederlands

equipaje:

equipaje [el ~] zelfstandig naamwoord

  1. el equipaje (bagaje)
    de bagage
    • bagage [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor equipaje:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bagage bagaje; equipaje carga

Synoniemen voor "equipaje":


Wiktionary: equipaje

equipaje
noun
  1. een verzameling van eigendommen
  2. de personen die het benodigde werk aan boord van een schip of vliegtuig verrichten

Cross Translation:
FromToVia
equipaje bagage baggage — luggage
equipaje bagage luggage — traveller's containers
equipaje bagage bagage — désuet|fr équipage de voyage ou de guerre.
equipaje bagage colis — logistique|fr caisse, ballot, paquet de marchandises expédier.

Verwante vertalingen van equipaje