Overzicht
Spaans naar Nederlands: Meer gegevens...
-
enorme:
- groot; behoorlijk; aanzienlijk; enorm; beduidend; aanmerkelijk; fors; flink; gigantisch; reusachtig; immens; kolossaal; onmetelijk; heel groot; heel erg; in zeer hoge mate; reuze; onoverzienbaar; ontzaglijk; enorme; ontzettend groot; groots; weids; grootschalig; geweldig; formidabel; fantastisch; prachtig; in hoge mate; geducht; schromelijk; angstwekkend; vervaarlijk; vreeswekkend; zeer groot; onnoembaar; enorm groot; week; zwak; buiten proportie; ontiegelijk
-
Wiktionary:
- enorme → danig, enorm, kolossaal, reusachtig
- enorme → enorm, gigantisch, reusachtig, kolossaal, geweldig
Spaans
Uitgebreide vertaling voor enorme (Spaans) in het Nederlands
enorme:
-
enorme (gran; grande; mayor; vigorosamente; a gran escala; alto; inmenso; tremendo; amplio; vasto; enormemente; vigoroso; a lo ancho)
-
enorme (considerable; enormemente; bastante; grande; gran; significante; tremendo; inmenso; notablemente; vasto; notable; asombroso; considerablemente; mayor; importante; imponente)
behoorlijk; aanzienlijk; enorm; beduidend; aanmerkelijk; fors; flink-
behoorlijk bijvoeglijk naamwoord
-
aanzienlijk bijvoeglijk naamwoord
-
enorm bijvoeglijk naamwoord
-
beduidend bijvoeglijk naamwoord
-
aanmerkelijk bijvoeglijk naamwoord
-
fors bijvoeglijk naamwoord
-
flink bijvoeglijk naamwoord
-
-
enorme (ingente; gigantesco; muchísimo; tremendo; gigante; inconmensurable; inmenso; colosal; inmensamente)
gigantisch; reusachtig; enorm; immens; kolossaal; onmetelijk; heel groot-
gigantisch bijvoeglijk naamwoord
-
reusachtig bijvoeglijk naamwoord
-
enorm bijvoeglijk naamwoord
-
immens bijvoeglijk naamwoord
-
kolossaal bijvoeglijk naamwoord
-
onmetelijk bijvoeglijk naamwoord
-
heel groot bijvoeglijk naamwoord
-
-
enorme (enormemente; muchísimo; gigante; grande; inmenso; gran; tremendo; gigantesco; inmensamente; alto; mayor; vasto; colosal; a gran escala)
heel erg; in zeer hoge mate; enorm; reuze-
heel erg bijvoeglijk naamwoord
-
in zeer hoge mate bijvoeglijk naamwoord
-
enorm bijvoeglijk naamwoord
-
reuze bijvoeglijk naamwoord
-
-
enorme (inconmensurable; inmenso; incalculable; ingente)
onoverzienbaar-
onoverzienbaar bijvoeglijk naamwoord
-
-
enorme (inmenso; incalculable; inconmensurable)
onmetelijk; ontzaglijk; immens-
onmetelijk bijvoeglijk naamwoord
-
ontzaglijk bijvoeglijk naamwoord
-
immens bijvoeglijk naamwoord
-
-
enorme
-
enorme
ontzettend groot-
ontzettend groot bijvoeglijk naamwoord
-
-
enorme (grandioso; magnífico; grande; inmenso; colosal; muy grande)
-
enorme (a gran escala; gran; fantástico; tremendo; inmenso; grande; vasto; fenomenal; enormemente)
groots; grootschalig; reuze-
groots bijvoeglijk naamwoord
-
grootschalig bijvoeglijk naamwoord
-
reuze bijvoeglijk naamwoord
-
-
enorme (gigantesco; inmenso; ingente)
-
enorme (formidable; fantástico; buenísimo; fabuloso; estupendo; muy; pesado; fenomenal; poderoso; colosal; excelente)
geweldig; formidabel; fantastisch; prachtig-
geweldig bijvoeglijk naamwoord
-
formidabel bijvoeglijk naamwoord
-
fantastisch bijvoeglijk naamwoord
-
prachtig bijvoeglijk naamwoord
-
-
enorme (gigante; tremendo; inmensamente; terriblemente; titánico; muchísimo; inmenso; ingente; gigantesco; colosal; despampanante)
enorm; in zeer hoge mate; gigantisch; immens; reusachtig-
enorm bijvoeglijk naamwoord
-
in zeer hoge mate bijvoeglijk naamwoord
-
gigantisch bijvoeglijk naamwoord
-
immens bijvoeglijk naamwoord
-
reusachtig bijvoeglijk naamwoord
-
-
enorme (temible; tremendo; buenísimo; muy; excelente; colosal)
-
enorme (enormemente; de puta madre; grave; extremo; terrible; terriblemente; tremendo; excesivo; escalofriante; tremendamente)
schromelijk-
schromelijk bijvoeglijk naamwoord
-
-
enorme (tremendo; espantoso; horrendo)
angstwekkend; geducht; vervaarlijk; vreeswekkend-
angstwekkend bijvoeglijk naamwoord
-
geducht bijvoeglijk naamwoord
-
vervaarlijk bijvoeglijk naamwoord
-
vreeswekkend bijvoeglijk naamwoord
-
-
enorme (muy grande)
zeer groot; onnoembaar; enorm groot-
zeer groot bijvoeglijk naamwoord
-
onnoembaar bijvoeglijk naamwoord
-
enorm groot bijvoeglijk naamwoord
-
-
enorme (colosal; grande; gigante; inmenso; inmensamente)
gigantisch; zeer groot; reusachtig; kolossaal; immens-
gigantisch bijvoeglijk naamwoord
-
zeer groot bijvoeglijk naamwoord
-
reusachtig bijvoeglijk naamwoord
-
kolossaal bijvoeglijk naamwoord
-
immens bijvoeglijk naamwoord
-
-
enorme (blando; de puta madre; duro; enormemente; terriblemente; flojo; malo; horroroso; áspero; transpirado; triste; terrible; atroz; radical; tremendamente; horrendo; grave; crudo; bárbaro; deplorable; tremendo; horrible; extremo; excesivo; sudoroso; escalofriante; lastimero; mollicio; lamentable; espantoso)
-
enorme (fuera de proporciones; exagerado; enormemente; apabullante; desproporcionado; colosal)
buiten proportie-
buiten proportie bijvoeglijk naamwoord
-
-
enorme (excesivo; extremo; enormemente)
Vertaal Matrix voor enorme:
Verwante woorden van "enorme":
Synoniemen voor "enorme":
Wiktionary: enorme
enorme
Cross Translation:
adjective
-
in aanmerkelijke mate
-
buitensporig groot
-
van bijzonder grote omvang
-
in zeer hoge mate, enorm
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• enorme | → enorm; gigantisch | ↔ enormous — extremely large |
• enorme | → enorm; reusachtig; gigantisch | ↔ huge — very large |
• enorme | → enorm; gigantisch | ↔ humongous — extremely large |
• enorme | → kolossaal; enorm; gigantisch; geweldig | ↔ énorme — Qui excéder de beaucoup la grandeur ou la grosseur habituelle. |