Home ->Woordenboeken ->Spaans/Nederlands ->Vertaal enfocar

Vertaal enfocar van Spaans naar Nederlands

Overzicht
Spaans naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. enfocar:
  2. Wiktionary:

Spaans

Uitgebreide vertaling voor enfocar (Spaans) in het Nederlands

enfocar:

enfocar werkwoord

  1. enfocar (focalizar)
    focussen; scherp stellen; scherp zetten
    • focussen werkwoord
    • scherp stellen werkwoord (stel scherp, stelt scherp, stelde scherp, stelden scherp, scherp gesteld)
    • scherp zetten werkwoord (zet scherp, zette scherp, zetten scherp, scherp gezet)
  2. enfocar (coger; tomar; abordar; tratar)
    aanpakken; aanvatten
    • aanpakken werkwoord (pak aan, pakt aan, pakte aan, pakten aan, aangepakt)
    • aanvatten werkwoord (vat aan, vatte aan, vatten aan, aangevat)
  3. enfocar
    accommoderen
    • accommoderen werkwoord (accomodeer, accomodeert, accomodeerde, accomodeerden, geaccomodeerd)
  4. enfocar (sintonizar; ajustar; adaptar a; )
    afstemmen; afstellen
    • afstemmen werkwoord (stem af, stemt af, stemde af, stemden af, afgestemd)
    • afstellen werkwoord (stel af, stelt af, stelde af, stelden af, afgesteld)
  5. enfocar (iniciar; establecer; acondicionar; )
    initiëren; op gang brengen
  6. enfocar (iluminar; elucidar; exponer; )
    belichten; met licht beschijnen

Conjugations for enfocar:

presente
  1. enfoco
  2. enfocas
  3. enfoca
  4. enfocamos
  5. enfocáis
  6. enfocan
imperfecto
  1. enfocaba
  2. enfocabas
  3. enfocaba
  4. enfocábamos
  5. enfocabais
  6. enfocaban
indefinido
  1. enfoqué
  2. enfocaste
  3. enfocó
  4. enfocamos
  5. enfocasteis
  6. enfocaron
fut. de ind.
  1. enfocaré
  2. enfocarás
  3. enfocará
  4. enfocaremos
  5. enfocaréis
  6. enfocarán
condic.
  1. enfocaría
  2. enfocarías
  3. enfocaría
  4. enfocaríamos
  5. enfocaríais
  6. enfocarían
pres. de subj.
  1. que enfoque
  2. que enfoques
  3. que enfoque
  4. que enfoquemos
  5. que enfoquéis
  6. que enfoquen
imp. de subj.
  1. que enfocara
  2. que enfocaras
  3. que enfocara
  4. que enfocáramos
  5. que enfocarais
  6. que enfocaran
miscelánea
  1. ¡enfoca!
  2. ¡enfocad!
  3. ¡no enfoques!
  4. ¡no enfoquéis!
  5. enfocado
  6. enfocando
1. yo, 2. tú, 3. él/ella/usted, 4. nosotros/nosotras, 5. vosotros/vosotras, 6. ellos/ellas/ustedes

Vertaal Matrix voor enfocar:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
aanpakken agarrar; coger
aanvatten agarrar; coger
afstellen atonar; poner a tono; regular
afstemmen ajuste; atonar; igualación; poner a tono; reglaje; regulación; regular; sincronización; sintonizar
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
aanpakken abordar; coger; enfocar; tomar; tratar abordar; agarrar; captar; coger; emprender; engastar; engañar; estafar; ser decidido; servirse; servirse a sí mismo; timar; trabar
aanvatten abordar; coger; enfocar; tomar; tratar
accommoderen enfocar albergar; hospedar
afstellen adaptar a; ajustar; ajustar a; armonizar; enfocar; regular; sintonizar ajustar; regular; sintonizar
afstemmen adaptar a; ajustar; ajustar a; armonizar; enfocar; regular; sintonizar acondicionar; adaptar; ajustar; conciliar; declinar; denegar; descartar; desconocer; desestimar; encaminarse; formar; hacer volver; instalar; negar; no aceptar; no aprobar; no funcionar; rebatir; rechazar; rechazar por votación; regular; rehusar; renunciar a; repeler; sacudir; sincronizar; sintonizar; subastar; suspender
belichten aclarar; alumbrar; elucidar; enfocar; esclarecer; explicar; exponer; iluminar; reflejar aclarar; alumbrar; esclarecer; explicar; iluminar
focussen enfocar; focalizar
initiëren acondicionar; crear; encaminarse; enfocar; establecer; formar; fundar; implantar; incoar; iniciar; instalar; introducir; poner en marcha; poner en movimiento
met licht beschijnen aclarar; alumbrar; elucidar; enfocar; esclarecer; explicar; exponer; iluminar; reflejar
op gang brengen acondicionar; crear; encaminarse; enfocar; establecer; formar; fundar; implantar; incoar; iniciar; instalar; introducir; poner en marcha; poner en movimiento
scherp stellen enfocar; focalizar
scherp zetten enfocar; focalizar

Synoniemen voor "enfocar":


Wiktionary: enfocar

enfocar
verb
  1. aanpakken

Computer vertaling door derden:

Verwante vertalingen van enfocar







Uw gratis, snelle en simpele vertaal woordenboek

Copyright © 2000-2024 Interglot ®

Pagina gepresenteerd in 0.0302 seconde
Page rendered in 1.0 seconds