Encantamiento in het Nederlands vertaald uit het Spaans

Overzicht

Spaans naar Nederlands: Meer gegevens...

encantamiento:
- aantrekkelijkheid; fascinatie; betovering; aanlokkelijkheid; bekoring; bekoorlijkheid; betoverende invloed; ban
Wiktionary:
- encantamiento → betovering
- encantamiento → betovering

Spaans

Uitgebreide vertaling voor encantamiento (Spaans) in het Nederlands

el encantamiento (amenidad; atracción; fascinación; encanto; gracia; garbo; magia; donaire)
de aantrekkelijkheid; de fascinatie; de betovering; de aanlokkelijkheid; de bekoring; de bekoorlijkheid
- aantrekkelijkheid [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- fascinatie [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- betovering [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- aanlokkelijkheid [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- bekoring [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- bekoorlijkheid [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
el encantamiento
betoverende invloed; de ban
- betoverende invloed [znw.] zelfstandig naamwoord
- ban [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
aanlokkelijkheid	amenidad; atracción; donaire; encantamiento; encanto; fascinación; garbo; gracia; magia	atracción; atractivo; encanto; garbo; gracia; hechizo
aantrekkelijkheid	amenidad; atracción; donaire; encantamiento; encanto; fascinación; garbo; gracia; magia	atracción; atractividad; atractivo; encanto; garbo; gracia; hechizo
ban	encantamiento	anatema; boicoteo; destierro; excomunión
bekoorlijkheid	amenidad; atracción; donaire; encantamiento; encanto; fascinación; garbo; gracia; magia	amenidad; atracción; atractivo; elegancia; encanto; garbo; gracia; hechizo
bekoring	amenidad; atracción; donaire; encantamiento; encanto; fascinación; garbo; gracia; magia	atracción; atractivo; encanto; garbo; gracia; hechizo; tentación
betoverende invloed	encantamiento
betovering	amenidad; atracción; donaire; encantamiento; encanto; fascinación; garbo; gracia; magia	arrobamiento; embeleso; entusiasmo; exaltación; fascinación; trance; éxtasis
fascinatie	amenidad; atracción; donaire; encantamiento; encanto; fascinación; garbo; gracia; magia	entusiasmo; fascinación; interés

encantamiento

noun

Cross Translation:

From	To	Via
• encantamiento	→ betovering	↔ spell — magical effect of such incantation