Spaans

Uitgebreide vertaling voor determinar (Spaans) in het Nederlands

determinar:

determinar werkwoord

  1. determinar (comprobar; fijar; constatar; )
    vaststellen; determineren; bepalen
    • vaststellen werkwoord (stel vast, stelt vast, stelde vast, stelden vast, vastgesteld)
    • determineren werkwoord (determineer, determineert, determineerde, determineerden, gedetermineerd)
    • bepalen werkwoord (bepaal, bepaalt, bepaalde, bepaalden, bepaalt)
  2. determinar (tomar una decisión; decidir)
    bestemmen
    • bestemmen werkwoord (bestem, bestemt, bestemde, bestemden, bestemd)
  3. determinar (distinguir; diferenciar; discernir; )
    onderscheiden; een ereteken geven
  4. determinar (colocar; ubicar; situar; )
    plaats toekennen; plaatsen
  5. determinar (distinguirse; distinguir; diferenciar; )
    onderscheiden; van elkaar onderscheiden
    • onderscheiden werkwoord (onderscheid, onderscheidt, onderscheidde, onderscheidden, onderscheiden)
    • van elkaar onderscheiden werkwoord (onderscheid van elkaar, onderscheidt van elkaar, onderscheidde van elkaar, onderscheidden van elkaar, van elkaar onderscheiden)

Conjugations for determinar:

presente
  1. determino
  2. determinas
  3. determina
  4. determinamos
  5. determináis
  6. determinan
imperfecto
  1. determinaba
  2. determinabas
  3. determinaba
  4. determinábamos
  5. determinabais
  6. determinaban
indefinido
  1. determiné
  2. determinaste
  3. determinó
  4. determinamos
  5. determinasteis
  6. determinaron
fut. de ind.
  1. determinaré
  2. determinarás
  3. determinará
  4. determinaremos
  5. determinaréis
  6. determinarán
condic.
  1. determinaría
  2. determinarías
  3. determinaría
  4. determinaríamos
  5. determinaríais
  6. determinarían
pres. de subj.
  1. que determine
  2. que determines
  3. que determine
  4. que determinemos
  5. que determinéis
  6. que determinen
imp. de subj.
  1. que determinara
  2. que determinaras
  3. que determinara
  4. que determináramos
  5. que determinarais
  6. que determinaran
miscelánea
  1. ¡determina!
  2. ¡determinad!
  3. ¡no determines!
  4. ¡no determinéis!
  5. determinado
  6. determinando
1. yo, 2. tú, 3. él/ella/usted, 4. nosotros/nosotras, 5. vosotros/vosotras, 6. ellos/ellas/ustedes

Vertaal Matrix voor determinar:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bepalen declaración; determinación; imposición
vaststellen determinación
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bepalen comprobar; constatar; definir; determinar; establecer; estipular; fijar; identificar calcular; comprobar; definir; describir; detallar; especificar; estimar; tasar; valorar
bestemmen decidir; determinar; tomar una decisión
determineren comprobar; constatar; definir; determinar; establecer; estipular; fijar; identificar
een ereteken geven condecorar; destacarse; determinar; diferenciar; diferenciarse; discernir; distinguir; distinguirse
onderscheiden condecorar; destacarse; determinar; diferenciar; diferenciarse; discernir; distinguir; distinguirse abarcar con la vista; adornar; atisbar; calzar la espuela; condecorar; contemplar; cumplir; darse cuenta de; decorar; desempeñar; destacarse; diferenciar; diferenciarse; discernir; distinguir; distinguirse; divisar; experimentar; hojear; luquear; mirar; notar; observar; percatarse de; percibir; reemplazar; señalar; sobresalir; substituir; suplir; ver; vislumbrar
plaats toekennen colocar; destinar; determinar; establecer; fijar; localizar; poner; situar; ubicar
plaatsen colocar; destinar; determinar; establecer; fijar; localizar; poner; situar; ubicar alojarse; aparcar; apartar; aplicar; clasificar; colocar; colocarse; componer; construir; dar alojamiento; deponer; depositar; depositar sobre; derribar; desarrollarse; destinar; encajar; engarzar; estacionar; estar echado; habitar; hospedar; hospedarse; instalar; meter; mover; poner; publicar; situar; ubicar; vivir en casa de una persona
van elkaar onderscheiden condecorar; destacarse; determinar; diferenciar; diferenciarse; distinguir; distinguirse
vaststellen comprobar; constatar; definir; determinar; establecer; estipular; fijar; identificar comprobar; constatar
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
onderscheiden diferente; múltiple; vario; varios

Synoniemen voor "determinar":


Wiktionary: determinar

determinar
verb
  1. vaststellen, voorschrijven, regelen
  2. beslissend beïnvloeden
  3. bepalen, vaststellen

Cross Translation:
FromToVia
determinar vaststellen; constateren ascertain — find out; discover or establish
determinar bepalen define — to determine
determinar vaststellen determine — to set the limits of
determinar bepalen determine — to ascertain definitely
determinar achten find — determine, judge
determinar aangeven angeben — Mitteilung machen: hinweisen, mitteilen, behaupten
determinar aandoen; aanrichten; stichten; teweegbrengen; veroorzaken; determineren; nauwkeurig bepalen; belezen; bewegen; doen besluiten; overhalen déterminerfixer les limites de, délimiter précisément.

Verwante vertalingen van determinar