Home ->Woordenboeken ->Spaans/Nederlands ->Vertaal desaprovechar

Vertaal desaprovechar van Spaans naar Nederlands

Overzicht

Spaans naar Nederlands: Meer gegevens...

desaprovechar:
- verbeuzelen; verknoeien; verlummelen
Wiktionary:
- desaprovechar → verbeuzelen
- desaprovechar → nalaten, uitlaten, verzaken, verzuimen, weglaten

Spaans

Uitgebreide vertaling voor desaprovechar (Spaans) in het Nederlands

desaprovechar:

desaprovechar werkwoord

desaprovechar (malgastar; perder el tiempo)
verbeuzelen; verknoeien; verlummelen
- verbeuzelen werkwoord (verbeuzel, verbeuzelt, verbeuzelde, verbeuzelden, verbeuzeld)
- verknoeien werkwoord (verknoei, verknoeit, verknoeide, verknoeiden, verknoeid)
- verlummelen werkwoord (verlummel, verlummelt, verlummelde, verlummelden, verlummeld)

Conjugations for desaprovechar:

presente

desaprovecho
desaprovechas
desaprovecha
desaprovechamos
desaprovecháis
desaprovechan

imperfecto

desaprovechaba
desaprovechabas
desaprovechaba
desaprovechábamos
desaprovechabais
desaprovechaban

indefinido

desaproveché
desaprovechaste
desaprovechó
desaprovechamos
desaprovechasteis
desaprovecharon

fut. de ind.

desaprovecharé
desaprovecharás
desaprovechará
desaprovecharemos
desaprovecharéis
desaprovecharán

condic.

desaprovecharía
desaprovecharías
desaprovecharía
desaprovecharíamos
desaprovecharíais
desaprovecharían

pres. de subj.

que desaproveche
que desaproveches
que desaproveche
que desaprovechemos
que desaprovechéis
que desaprovechen

imp. de subj.

que desaprovechara
que desaprovecharas
que desaprovechara
que desaprovecháramos
que desaprovecharais
que desaprovecharan

miscelánea

¡desaprovecha!
¡desaprovechad!
¡no desaproveches!
¡no desaprovechéis!
desaprovechado
desaprovechando

1. yo, 2. tú, 3. él/ella/usted, 4. nosotros/nosotras, 5. vosotros/vosotras, 6. ellos/ellas/ustedes

Vertaal Matrix voor desaprovechar:

Werkwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
verbeuzelen	desaprovechar; malgastar; perder el tiempo
verknoeien	desaprovechar; malgastar; perder el tiempo	amargar; emponzoñar; estropear
verlummelen	desaprovechar; malgastar; perder el tiempo

Wiktionary: desaprovechar

desaprovechar

verb

aan onbeduidende zaken verspillen
- verbeuzelen → desaprovechar

Cross Translation:

From	To	Via
• desaprovechar	→ nalaten; uitlaten; verzaken; verzuimen; weglaten	↔ omettre — manquer, soit volontairement, soit involontairement, à faire ou à dire ce qu’on pouvait, ce qu’on devait faire ou dire.