Spaans
Uitgebreide vertaling voor cicatrizar (Spaans) in het Nederlands
cicatrizar:
-
cicatrizar (curarse; restablecerse; sanar; ponerse bueno; curar; reparar; encubrir; sanear)
-
cicatrizar (compenetrarse; deformarse; soldarse)
vergroeien-
vergroeien werkwoord
-
Vertaal Matrix voor cicatrizar:
Werkwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
gezond maken | cicatrizar; curar; curarse; encubrir; ponerse bueno; reparar; restablecerse; sanar; sanear | |
vergroeien | cicatrizar; compenetrarse; deformarse; soldarse |