Overzicht


Spaans

Uitgebreide vertaling voor chapuza (Spaans) in het Nederlands

chapuza:

chapuza [la ~] zelfstandig naamwoord

  1. la chapuza
    de beuzelarij; het getreuzel; de futselarij
  2. la chapuza (juego; tirones; jugueteo)
    het gesol
    • gesol [het ~] zelfstandig naamwoord

chapuza [el ~] zelfstandig naamwoord

  1. el chapuza (chapucería)
    het lapwerk; flikwerk
    • lapwerk [het ~] zelfstandig naamwoord
    • flikwerk [znw.] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor chapuza:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
beuzelarij chapuza
flikwerk chapucería; chapuza
futselarij chapuza
gesol chapuza; juego; jugueteo; tirones
getreuzel chapuza remoloneo; tardanza; vacilación
lapwerk chapucería; chapuza

Verwante woorden van "chapuza":


Synoniemen voor "chapuza":


chapuz: