Overzicht
Spaans naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. canapé:
  2. Wiktionary:


Spaans

Uitgebreide vertaling voor canapé (Spaans) in het Nederlands

canapé:

canapé [el ~] zelfstandig naamwoord

  1. el canapé (sofá)
    de bank; de zitbank; de canapé
    • bank [de ~] zelfstandig naamwoord
    • zitbank [de ~] zelfstandig naamwoord
    • canapé [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
  2. el canapé (sofá; sofá cama; diván)
    de slaapbank; de bedbank; slaapmeubel
  3. el canapé (pan tostado; tostada; brindis; bendición)
    de toast; de toost; geroosterd brood; toostbrood
  4. el canapé (sofá; banco; banquillo; diván)
    de divan
    • divan [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
  5. el canapé (cama; sofá)
    het rustbed
    • rustbed [het ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor canapé:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bank canapé; sofá asiento; banco; banco comercial; butaca; plaza; sesión; silla; sillón
bedbank canapé; diván; sofá; sofá cama
canapé canapé; sofá sillón; sofá
divan banco; banquillo; canapé; diván; sofá
geroosterd brood bendición; brindis; canapé; pan tostado; tostada
rustbed cama; canapé; sofá
slaapbank canapé; diván; sofá; sofá cama
slaapmeubel canapé; diván; sofá; sofá cama
toast bendición; brindis; canapé; pan tostado; tostada
toost bendición; brindis; canapé; pan tostado; tostada bendición; brindis; tostada
toostbrood bendición; brindis; canapé; pan tostado; tostada
zitbank canapé; sofá asiento; banco; butaca; plaza; sesión; silla; sillón

Verwante woorden van "canapé":

  • canapés

Synoniemen voor "canapé":


Wiktionary: canapé


Cross Translation:
FromToVia
canapé canapé canapé — Sorte de siège long à dossier

Computer vertaling door derden: