Borbotear in het Nederlands vertaald uit het Spaans

Remove Ads

Overzicht

Spaans naar Nederlands: Meer gegevens...

borbotear:
- opwellen; opborrelen; sakkeren; op vuur pruttelen; smoren; sudderen; pruttelen; stoffen
Wiktionary:
- borbotear → opborrelen

Spaans

Uitgebreide vertaling voor borbotear (Spaans) in het Nederlands

borbotear:

borbotear werkwoord

borbotear (borbollar; bullir)
opwellen; opborrelen
- opwellen werkwoord (wel op, welt op, welde op, welden op, opgeweld)
- opborrelen werkwoord (borrel op, borrelt op, borrelde op, borrelden op, opgeborreld)
borbotear (reprobar; regañar; rugir; zumbar; refunfuñar; gruñir; retumbar; burbujear; rezongar; hacer ruidos; estar a la sombra; estar en chirona)
sakkeren
- sakkeren werkwoord (sakker, sakkert, sakkerde, sakkerden, gesakkerd)
borbotear (guisar; brotar; zumbar; balar; gruñir; estofar; dar balidos)
op vuur pruttelen; smoren; sudderen; pruttelen; stoffen
- op vuur pruttelen werkwoord
- smoren werkwoord (smoor, smoort, smoorde, smoorden, gesmoord)
- sudderen werkwoord (sudder, suddert, sudderde, sudderden, gesudderd)
- pruttelen werkwoord (pruttel, pruttelt, pruttelde, pruttelden, geprutteld)
- stoffen werkwoord (stof, stoft, stofte, stoften, gestoft)

Conjugations for borbotear:

presente

borboteo
borboteas
borbotea
borboteamos
borboteáis
borbotean

imperfecto

borboteaba
borboteabas
borboteaba
borboteábamos
borboteabais
borboteaban

indefinido

borboteé
borboteaste
borboteó
borboteamos
borboteasteis
borbotearon

fut. de ind.

borbotearé
borbotearás
borboteará
borbotearemos
borbotearéis
borbotearán

condic.

borbotearía
borbotearías
borbotearía
borbotearíamos
borbotearíais
borbotearían

pres. de subj.

que borbotee
que borbotees
que borbotee
que borboteemos
que borboteéis
que borboteen

imp. de subj.

que borboteara
que borbotearas
que borboteara
que borboteáramos
que borbotearais
que borbotearan

miscelánea

¡borbotea!
¡borbotead!
¡no borbotees!
¡no borboteéis!
borboteado
borboteando

1. yo, 2. tú, 3. él/ella/usted, 4. nosotros/nosotras, 5. vosotros/vosotras, 6. ellos/ellas/ustedes

Vertaal Matrix voor borbotear:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
opwellen		brote
Werkwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
op vuur pruttelen	balar; borbotear; brotar; dar balidos; estofar; gruñir; guisar; zumbar
opborrelen	borbollar; borbotear; bullir
opwellen	borbollar; borbotear; bullir	manar; surgir
pruttelen	balar; borbotear; brotar; dar balidos; estofar; gruñir; guisar; zumbar	gruñir; refunfuñar por una cosa
sakkeren	borbotear; burbujear; estar a la sombra; estar en chirona; gruñir; hacer ruidos; refunfuñar; regañar; reprobar; retumbar; rezongar; rugir; zumbar
smoren	balar; borbotear; brotar; dar balidos; estofar; gruñir; guisar; zumbar	ahogar; apagar; apagarse; asfixiar; estofar; extinguir; extinguirse; guisar; sofocar
stoffen	balar; borbotear; brotar; dar balidos; estofar; gruñir; guisar; zumbar	desempolvar; despolvar; despolvorear; quitar el polvo de
sudderen	balar; borbotear; brotar; dar balidos; estofar; gruñir; guisar; zumbar

Synoniemen voor "borbotear":

borbollar; hervir; borbotar; romper

Wiktionary: borbotear

borbotear

verb

het naar boven komen van gasbellen door een vloeistof
- opborrelen → borbollar; borbotear; bullir

Computer vertaling door derden:

Verwante vertalingen van borbotear