Overzicht
Spaans naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. arzobispo:
  2. Wiktionary:


Spaans

Uitgebreide vertaling voor arzobispos (Spaans) in het Nederlands

arzobispo:

arzobispo [el ~] zelfstandig naamwoord

  1. el arzobispo
    de aartsbisschop

Vertaal Matrix voor arzobispo:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
aartsbisschop arzobispo

Verwante woorden van "arzobispo":

  • arzobispos

Synoniemen voor "arzobispo":


Wiktionary: arzobispo

arzobispo
noun
  1. de voornaamste bisschop van een kerkprovincie.

Cross Translation:
FromToVia
arzobispo aartsbisschop archbishop — senior bishop
arzobispo aartsbisschop ErzbischofBischof einer Erzdiözese oder eines Erzbistums, Leiter einer kirchlichen Provinz
arzobispo aartsbisschop archevêqueprélat métropolitain qui a un certain nombre d’évêques pour suffragants.