Home ->Woordenboeken ->Spaans/Nederlands ->Vertaal arranque

Vertaal arranque van Spaans naar Nederlands

Overzicht

Spaans naar Nederlands: Meer gegevens...

arranque:
- initiatief; aanzet; ontlading; plotselinge uitbarsting; intuïtie; gevoel; instinct; opstarten
Wiktionary:
- arranque → aanloop, bevlieging
- arranque → opstart

Spaans

Uitgebreide vertaling voor arranque (Spaans) in het Nederlands

arranque:

arranque [el ~] zelfstandig naamwoord

el arranque (iniciativa; impulso)
het initiatief; de aanzet
- initiatief [het ~] zelfstandig naamwoord
- aanzet [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
el arranque (explosión; estruendo; descarga; arrebato; estampido; erupción; desembarque; detonación; detonaciones; explosiones)
de ontlading; plotselinge uitbarsting
- ontlading [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- plotselinge uitbarsting [znw.] zelfstandig naamwoord
el arranque (instinto; sentimiento; sentido; impresión; deriva; presentimiento; acicate; estímulo; humor; impulsión; empuje; impulso; arrebato)
de intuïtie; het gevoel; het instinct
- intuïtie [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- gevoel [het ~] zelfstandig naamwoord
- instinct [het ~] zelfstandig naamwoord
el arranque
opstarten
- opstarten

Vertaal Matrix voor arranque:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
aanzet	arranque; impulso; iniciativa	estimulación; estímulo; incentivo; instigación; reanimación; reencarnación
gevoel	acicate; arranque; arrebato; deriva; empuje; estímulo; humor; impresión; impulsión; impulso; instinto; presentimiento; sentido; sentimiento	contacto; emoción; impresión; intuición; percepción; sensación; sensibilidad; sentido; sentimiento
initiatief	arranque; impulso; iniciativa
instinct	acicate; arranque; arrebato; deriva; empuje; estímulo; humor; impresión; impulsión; impulso; instinto; presentimiento; sentido; sentimiento	aficiones; afán; amor; apasionamiento; ardor; deriva; deseo; fervor; instinto; intuición; pasión
intuïtie	acicate; arranque; arrebato; deriva; empuje; estímulo; humor; impresión; impulsión; impulso; instinto; presentimiento; sentido; sentimiento
ontlading	arranque; arrebato; descarga; desembarque; detonaciones; detonación; erupción; estampido; estruendo; explosiones; explosión	descarga; desembarque; entretenimiento; esparcimiento; reposo; vertido
plotselinge uitbarsting	arranque; arrebato; descarga; desembarque; detonaciones; detonación; erupción; estampido; estruendo; explosiones; explosión
Werkwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
opstarten		arrancar; iniciar; poner en función; poner en marcha; prender
Not Specified	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
opstarten	arranque

Verwante woorden van "arranque":

arranques

Synoniemen voor "arranque":

arrancada; aceleración; puesta en marcha
explosión; arrebato; ataque; acceso; crisis; golpe
germen; embrión; semilla; grano; simiente; núcleo; origen; principio; base
nacimiento; comienzo; inicio; salida; partida
rapto; impulso; robo; éxtasis; transporte; arrebatamiento
validación; subsistencia; firmeza; garra; brío; empuje; energía; fuerza; nervio; moral; acometividad; potencia; pujanza; ímpetu; resolución; ánimo; aliento; atrevimiento; coraje; decisión; intrepidez; denuedo; seguridad

Wiktionary: arranque

arranque

noun

een loop of tred voorafgaand aan een sprong, duik, enzovoort
- aanloop → arranque
een zomaar opkomende lust
- bevlieging → rapto; arranque; capricho

Cross Translation:

From	To	Via
• arranque	→ opstart	↔ bootstrap — the process by which the operating system of a computer is loaded into its memory

Verwante vertalingen van arranque