Overzicht
Spaans naar Nederlands: Meer gegevens...
- animosidad:
-
Wiktionary:
- animosidad → hostiliteit, vijandigheid
Spaans
Uitgebreide vertaling voor animosidad (Spaans) in het Nederlands
animosidad:
-
la animosidad (alma; energía; espíritu; fuerza; entusiasmo; ardor; fervor; interés; ganas de trabajar; capacidad laboral; empuje)
-
la animosidad (anhelo; ansia; deseo; arder en deseos de; afán)
-
la animosidad (enemistad; hostilidad; enemistad hereditaria)
-
la animosidad (rencor; resentimiento; enemistad; odio de familia; enemistad hereditaria)
Vertaal Matrix voor animosidad:
Synoniemen voor "animosidad":
Wiktionary: animosidad
animosidad
noun
-
het vijandig zijn
Computer vertaling door derden: